Hoe ontstond je passie voor koken?
‘Vanaf de middelbare school. Ik hield altijd wel van lekker eten, maar toen Masterchef Australië op tv kwam, ontstond mijn hobby. Thuis kwam er ’s avonds vaak een pastaatje of AVG’tje op tafel, ook omdat mijn broertje een wat moeilijke eter was. Op kamers gaan was een uitgelezen kans om helemaal los te gaan. Toen sloeg ik aan het experimenteren.’
Je huisgenoten zullen zich vast wel gelukkig prijzen?
‘Ik ben gelukkig niet de enige met deze hobby. Eén huisgenoot is heel erg van de Aziatische keuken, ik ben meer van de Europese. Dus we variëren genoeg tussen sojasaus en crème fraîche. Ik kook zelf één keer per week. Op die dag besteed ik weleens een college aan het zoeken naar een lekker recept, haha. Uiteraard moet je in een studentenhuis met ieders eetwensen rekening houden, maar ik probeer één keer per maand iets totaal nieuws op tafel te zetten. Ik durf trouwens ook wel te zeggen dat onze keuken beter uitgerust is dan die van een doorsnee studentenhuis. Aan kruiden en specerijen geen tekort. En er staat onder andere een keukenmachine, slowcooker en ijsmachine.’
Bekijk hieronder de eerste aflevering! Ingrediënten en instructies vind je hier.
Waar moet een goede studentenmaaltijd volgens jou aan voldoen?
‘De basis is voor mij altijd koolhydraten, proteïne en groente. Daar kun je genoeg in variëren. Koolhydraten zitten bijvoorbeeld in rijst, wraps, aardappelen en pasta. Groente spreekt voor zich en voor proteïne hoef je niet alleen maar naar vlees te grijpen, al doe ik dat zelf nog wel. Minder dan voorheen, maar nog wel vaker dan ik zou willen. Je kunt ook kiezen voor bonen of vleesvervangers. Veganistisch koken vergt iets meer creativiteit, maar dat maakt het niet minder leuk. Vorig jaar hebben we bijvoorbeeld een volledig vegan kerstdiner bereid, heel tof om te zien dat het prima kan. Uiteraard moet je ook rekening houden met studentenbudgetten. In ons huis zetten we in op 2,20 euro per persoon per maaltijd. Naast betaalbaar, moet een studentenmaaltijd uiteraard ook lekker, simpel en gezond zijn.’
Je hebt ook een kookboek gemaakt, ‘Rianne’s recepten voor studenten’. Hoe ontstond dat idee?
‘Toen mijn broertje op kamers ging, wilde ik hem een kookboek cadeau doen. Er zijn kookboeken voor studenten, maar daarin staan vooral gerechten voor één of twee personen. Totaal onhandig als je in een studentenhuis woont met acht mensen, zoals je hier in Enschede vaak ziet. Voor zo’n groep wil je ook gewoon iets goeds op tafel zetten, daarom vroeg ik mijn omgeving om tips en schreef ik een eigen kookboek. Ik heb er al bijna honderd verkocht. Dat was overigens nooit de bedoeling, maar er waren gewoon heel veel mensen heel enthousiast.’
Waar gaan studenten weleens de mist in?
‘Oh, ik ga hier denk ik een hoop mensen voor het hoofd stoten. Wat veel studenten doen, is dat ze groente grof snijden en dan lang koken. Dan krijg je zo’n zompige hap. Of ze koken te kort, dan wordt het te taai. Ik ben geen kritisch eter en ik zit zeker niet te mopperen als ik iets voorgeschoteld krijg dat niet volledig uit de verf is gekomen. You do you, vind ik. Je moet gewoon doen waar je zin in hebt, zolang je het maar probeert. Maar de grootste valkuilen van studenten in de keuken zijn gemakzucht en onwetendheid.’
Wat kan en ga je ons leren met jouw kookvlog?
‘Het hoeft niet áltijd puur en vers te zijn. Iets eetbaars is al prima – en ik betrap mezelf ook altijd op het toevoegen van schandalige hoeveelheden kaas. Ik ben geen keukenprinses en ga ook absoluut niet de snob uithangen. Ik denk dat veel mensen een prima basis hebben, maar ze vallen vaak terug op bekend terrein. Met een paar simpele wijzigingen kun je heel makkelijk je gerechten nog lekkerder maken. Alleen de zaadjes uit de courgette halen maakt bijvoorbeeld al een verschil. En het verbaast me hoe vaak groente gekookt wordt, terwijl je die ook in de oven kunt doen. En geloof me, studenten hebben vaak meer ingrediënten in huis dan ze denken; met cola of basis voor soep maak je al snel een heerlijke saus. Ik hoop dat ik voor aangename verrassingen kan zorgen in studentenkeukens!’