468.685 maal een bibliotheekbezoek. Deel dat door de studentenpopulatie op de UT afgelopen jaar en je komt grofweg uit op 36 bibliotheekbezoeken per student. ‘Het verbaast ons niet’, zegt Steen. ‘We houden de cijfers al langer bij en bespeuren een trend.’
Groei van 12 procent
Ter vergelijking voert Steen cijfers van andere jaren aan. Vanwege de coronacrisis en de bijbehorende beperkingen zijn 2020 en 2021 geen goede referentiejaren, zegt ze. ‘2019 is dat wel, toen hadden we 416.894 bezoekers. Dat is al fors meer dan bijvoorbeeld 2013, toen we 222.783 bezoekers noteerden. In de loop der jaren heeft de stijgende lijn zich doorgezet.’
Maar die is volgens Steen niet alleen te verklaren door een stijging in studentenaantallen. ‘De studentenpopulatie is met 6 procent toegenomen sinds 2019, maar het aantal bezoekers met 12 procent. Dat ondanks minder studieplekken vanwege strengere ventilatierichtlijnen sinds de coronacrisis’, zegt ze.
‘Zien studeren, doet studeren’
Het blijft voor Steen gissen naar oorzaken. ‘Wat wel logisch is, is dat een aantal studenten thuis geen rust kan vinden om te studeren. Bovendien geven de studenten aan: zien studeren, doet studeren. In de bibliotheek komen wat factoren samen die dit aantrekkelijk maken: er zijn verschillende soorten studieplekken, de wifi doet het goed en er is op meerdere plekken een garantie op stilte. Bovendien: je bent omringd met gelijkgestemden, waardoor er een sfeer hangt om te blokken en hard te werken.’
Pieken en dalen
Volgens Steen is er ondanks het bezoekersrecord geen capaciteitsprobleem in de universiteitsbibliotheek. ‘Nee hoor, we zijn bijna alle dagen geopend en zolang er plek is kun je hier terecht. Is er geen plek, dan zijn er nog tal van studielandschappen op de UT – binnen de faculteiten of bijvoorbeeld vlakbij in de Bastille.’
Er zijn wel degelijk momenten dat de bibliotheek vol is. ‘We hebben dagen dat er voor opening om half 9 ’s ochtends al een rij staat. Met name in de tentamenweken is het altijd druk, dat zijn de piekmomenten. Maar ook om die tentamenweken heen is het drukker geworden, zoals in de eerste week van een nieuwe module. De pieken zijn altijd al hoog geweest, maar de dalen zijn steeds vlakker geworden.’
hoe worden de cijfers bijgehouden?
Hoe de bibliotheek de bezoekerscijfers bijhoudt? Dat gebeurt volgens Steen via twee zogeheten ‘people counters’. ‘We hebben één ingang, dus deze sensoren kunnen goed en vrij nauwkeurig registreren hoeveel mensen de bibliotheek binnenkomen en vertrekken. Het is een teller, dus er is zeker geen sprake van gezichtsherkenning of andere mogelijke privacygevoelige gegevens.’
