Vorig jaar gaf de Keuzegids jullie de hoogste score van alle UT-opleidingen, nu volgt een zesje. Wat is er aan de hand?
‘Die twee uitersten laten goed zien hoe je als opleiding met de Keuzegids moet omgaan. Het berust allemaal een beetje op toeval. Toont de Keuzegids daadwerkelijk hoe goed of slecht een opleiding is? Ik twijfel daaraan en denk niet dat onze opleiding nu een totaal andere is dan vorig jaar. Ik ben blij dat de UT daar net zo over denkt, want de rector noemde rankings begin dit jaar nog irrelevant.’
Maar toch: technische wiskunde excelleerde vorig jaar op enkele criteria die nu ‘onder gemiddeld’ zijn. Hoe kan dat?
‘Laat ik helder zijn: als je bovenaan staat is het leuk, sta je onderaan, is het niet leuk. Je krijgt liever een pluim, dan geen pluim. Als opleiding denken wij constant na over de vraag hoe we onszelf kunnen verbeteren, in het belang van de student. Deze ranking bespreken we met de opleidingscommissie. Daarin overleggen we punten die wellicht beter kunnen en daar handelen we naar. Op sommige punten kan ik mij vinden, op andere totaal niet.’
Op welk onderdeel heeft de Keuzegids een punt?
‘Ik begrijp de lagere beoordeling op toetsing. We gingen vorig jaar over naar een nieuw curriculum. Dat zorgde voor een korte overgangsfase. Als een student uit het oude curriculum overgaat naar het nieuwe, maar nog iets moet inhalen uit het oude, dan ontstaat er een soort bezemklasje. Dat is niet altijd leuk, maar betekent niet dat wij op slechtere wijze toetsen.’
Waar slaat de Keuzegids de plank mis volgens jou?
‘Op het punt voorbereiding loopbaan scoren we nu neutraal, voorgaande jaren nog uitmuntend. Al onze studenten komen na hun opleiding met het grootste gemak aan het werk. Daar hoef je je als wiskundige nooit druk om te maken. Sommigen hebben tijdens de studie al drie of vier aanbiedingen op zak. Dat onze voorbereiding op de loopbaan dan nu neutraal is, dat vind ik bijzonder.’
De opleiding scoort het zwakst op doorstroming naar het tweede jaar. Begrijp jij dat?
‘Ja en nee. Het lijkt opvallend, maar de overige wiskundeopleidingen in het land scoren daar ook neutraal of slecht. Ik vermoed dat de gevolgen van de coronapandemie daaraan bijdroegen. Onderschat die impact niet. Studenten kwamen met minder voorbereiding binnen, de opkomst was lager en onderwijs werd meer online gevolgd. Terwijl wiskunde bij uitstek een vak is dat in de klas voor veel betere resultaten zorgt. Dat bleef niet zonder gevolgen voor de doorstroming naar het tweede jaar, dus die lagere beoordeling snap ik.’
De afgelopen vijf jaar jojoden jullie tussen topopleiding en geen topopleiding. In november 2024 hopelijk wel weer taart?
‘Dat weet ik niet. Als opleiding nemen wij de verbeterpunten mee. Daarin willen we progressie boeken. Leidt dat tot het predicaat topopleiding, dan is dat mooi, maar ik probeer weg te blijven van termen als jojoën en wil een ranking niet gelijkstellen aan het niveau van een opleiding.’