Waaruit bestaat je werk zoal?
‘Heel verschillend. Ik begeleid promovendi in hun laatste half jaar tot aan de plechtigheid. Denk daarbij aan het inleveren van het boekje, de datum prikken, de commissieleden op de hoogte brengen, zorgen dat het protocol duidelijk is en het contact met de pedel. We werken met een nieuw systeem, Hora Finita. In het begin was dat wel even wennen. Voor ons, maar ook de hoogleraren. Zij moeten veel informatie invoeren, en mijn collega Mariska Buurman en ik voelden ons wel eens een callcenter. Maar het gaat al een stuk beter nu we het systeem leren kennen. Naast de promoties doen wij ook oraties en afscheidsredes. Die diversiteit is zo leuk. De ene dag een zenuwachtige promovendus, de volgende dag een ervaren hoogleraar. Die stiekem ook zenuwachtig is.’
Hoe bevallen de collega’s?
‘Dat is juist het leuke. Sinds 6 april 2018, ik weet die datum nog precies, zijn Mariska en ik vanuit de bestuursvleugel naar de TGS-collega’s in Ravelijn verhuisd. De vorige rector, Ed Brinksma, wilde ons graag in de buurt hebben, omdat hij dan snel contact had rondom plechtigheden. Maar ik vind het erg fijn om bij mijn clubje te zijn. Hier op het O&O-plein is het levendig, maken we echt deel uit van de UT. Ik werk nu bijna veertien jaar op de UT, en geniet iedere dag van mijn baan. We maken lange dagen, maar als je het naar je zin hebt maakt dat niet uit.’
Zijn er momenten die je echt bijblijven?
‘Die zijn er zeker. Ik denk meteen aan de oratie van Maarten van Aalst, op de Prinses Margriet-leerstoel. De hoogheid kwam zelf ook. Wat een circus dan wordt opgetuigd: gigantisch. Al die protocollen. Op zo’n moment zet je met de hele club alle zeilen bij. Het was echt teamwork met Asito en Appèl. We hadden bijvoorbeeld een toilet gereserveerd voor de prinses. Bleek ineens dat iemand die toch had gebruikt! Er is vlug iemand ingevlogen om de wc grondig schoon te maken. Na die oratie heb ik een goed glas wijn gedronken met pedel Wim Koehorst. Want dat hadden we maar mooi geflikt.’
‘Een ander moment dat me altijd bij zal blijven is de postume promotie van Wilma Kippers in 2018. Zij overleed kort voor de plechtigheid, maar de UT besloot die toch door te laten gaan. Kippenvel. De emotie op het gezicht bij de familie, bij de decaan Theo Toonen en alle aanwezigen; het was overweldigend. Een triest moment, maar ook mooi.’
Ben je verliefd, verloofd of getrouwd?
‘Gelukkig getrouwd! We zijn nu 15 jaar samen, en mijn man had al twee kinderen. Voor de liefde vertrok ik vanuit Almelo naar Losser. Toen we elkaar leerden kennen, waren de jongens 9 en 10 jaar oud. Het duurde even voordat we een goede balans vonden, maar we zijn een hecht gezin geworden. Ik ben zo trots op ze. Als ze komen aanrijden in de straat, dan zie ik twee geweldige jonge mannen. Wonen in Losser bevalt goed. Zo kan ik met de elektrische fiets, die ik kocht in het fietsplan, naar de campus.’
Wat doe je naast je werk?
‘Op de UT werk ik vier dagen, dus ik heb wat tijd over. Laat ik iets goeds doen waar niet meteen geld tegenover staat, dacht ik zes jaar geleden. Dat werd gezinsbegeleider bij Humanitas. Op dit moment ben ik gekoppeld aan een gezin uit Angola, een alleenstaande moeder met vier kinderen. Ik help haar op weg in Nederland en ondersteun de vijfjarige met leren lezen. Heel dankbaar en mooi werk is dat. Het is zo fijn om iets te betekenen voor mensen in moeilijke situaties.’
‘Ook ben ik al een paar jaar Italiaans aan het leren. Lezen en schijven gaat goed, maar spreken lukt niet erg. Dit jaar gaan we weer op vakantie naar Italië. Maar mijn man waarschuwde: als ik nu nog geen Italiaans spreek, dan komt er een andere vakantiebestemming. Daarnaast heb ik schilderles. Mijn buurvrouw is kunstenares en met een groepje van acht zijn we één keer per week bij haar. Dat doe ik voor mezelf, het is heerlijk om alles even achter me te laten bij het aquarelleren.’
Wat heb je gisteren gegeten?
‘Een spitskoolstamppot en gehaktbal met een ui erin. Zo heeft mijn man het graag. Maar ik ben helemaal geen keukenprinses. Mijn man kookt meestal, hij is eerder thuis van zijn werk. Als ik al een keertje op tijd klaar ben, dan ga ik liever nog even door, zodat ik niet naar het fornuis hoef.’
Wat staat er nog op je bucketlist
‘Een bed & breakfast runnen in Italië. Daar droom ik wel eens van, maar dat blijft het ook bij. Mijn man is met geen stok uit Losser te krijgen en ik ga die dagdroom niet forceren. Maar Italië is zo’n heerlijk land. Het rustige ritme, het buitenleven. Als ik daar ben, dan denk ik wel eens: we maken ons in Nederland veel te druk.’