'Afgelopen maandag zijn we, na een jarenlange voorbereiding en doorlopende evaluaties van enkele pilots, begonnen met het Twentse Onderwijsmodel (TOM) voor de eerstejaars. Met TOM gaan we juist weer meer in de richting van de academische vorming zoals die ooit door onderwijsfilosofen als Von Humboldt en Newman bedoeld was. Less teaching, more learning. De basisideeën achter het TOM zijn op andere plekken in verschillende vormen al in de praktijk toegepast, met hele mooie resultaten in bijvoorbeeld Aalborg (Projectgestuurd onderwijs), Olin College (New Engineering) of Maastricht (Probleemgestuurd onderwijs) en Mazur’s theorie over Peer-based learning. Het is dus geen experiment, zoals misschien het studiehuis ooit was, maar een aanpak die zich al lang bewezen heeft.
Met het TOM willen we studenten op een toekomst voorbereiden waarin veranderingen steeds sneller gaan en waarin technologie een steeds grotere rol gaat spelen in de samenleving. De komst van o.a. Google en de MOOCs (Massive Open Online Courseware) maakt een andere aanpak absoluut noodzakelijk. Ons onderwijs moet zo zijn ingericht dat studenten in staat worden gesteld om de problemen op te lossen die we nu nog niet kennen, met technieken die we nu nog niet in huis hebben. TOM is daarop gericht en we ontwikkelen dit model stapsgewijs en met een duidelijke visie.
Er is het afgelopen jaar door iedereen ontzettend veel werk verzet om daadwerkelijk de onderwijsvernieuwing te realiseren en dat is allesbehalve holle taal. Er zijn compleet nieuwe curricula ontworpen op basis van de ontwikkelde kaders voor de opbouw van modulair onderwijs. Prachtige projecten zijn opgezet waar onze studenten vanuit diverse opleidingen samen aan gaan werken. Less teaching, more learning betekent: studenten de kennis en middelen bieden om vanuit hun nieuwsgierigheid zelf op zoek te gaan naar de benodigde kennis. Dat worden leerzame momenten, zo zal men gaan ervaren en waarderen.
Dat studenten zich bij de UT een ‘plofstudent’ voelen acht ik onwaarschijnlijk. De opleidingen bij de UT hebben een omvang van minder dan 350 studenten en de meeste zelfs minder dan 100 studenten. TOM versterkt het idee dat je in kleine groepen, zelf onderzoekend, maar samen met anderen de ruimte krijgt voor een gezonde academische ontwikkeling die ook in een onzekere toekomst zijn waarde zal bewijzen. Het model waarborgt juist meer dan voorheen het persoonlijk contact tussen studenten onderling en hun onderwijsgevenden c.q. -begeleiders.
Ondanks de afnemende overheidsmiddelen voor onderwijs zijn we er als UT in geslaagd om toch te investeren in verbetering en modernisering van ons systeem, daar zijn we trots op. Met het TOM bieden we onze studenten de mogelijkheid om binnen drie à vier jaar alles uit hun studie te halen door efficiënt gebruik te maken van een week, met per kwartiel een focus op één thema waarin theorie, praktijk en methoden zoveel mogelijk worden geïntegreerd. Zo ontwikkel je je als student bij de UT tot een professional die zelfbewust is, geïnteresseerd is in de wereld om zich heen en een visie heeft op de maatschappij. Een ‘T-shaped professional’ met grondige kennis van een academische discipline, maar ook een bredere blik en flexibiliteit voor een sterk veranderende samenleving.
De afgelopen twee jaar hebben we al de nodige ervaringen opgedaan met het TOM in pilots van Biomedische Technologie en Electrical Engineering. Zo blijkt uit de eerste resultaten bij Electrical Engineering dat het onderwijsconcept TOM goed kan werken. Bijna 80% van de studenten heeft hun eerste jaar in één keer gehaald. Dit betekent meer dan een verdubbeling ten opzichte van voorgaande jaren.'