Begin jaren 90 heeft de UT nog veel weg van een mannenbolwerk. Bij verschillende studies zijn de vrouwelijke studenten op één hand te tellen en op de campus heerst volgens sommigen een haast ‘kazerneachtige’ sfeer. Als reactie wordt in 1990 studentenvereniging Mirte opgericht, een club speciaal voor (technische) UT-studentes. Niet geheel toevallig zit de afkorting voor ‘ingenieur’ in de meisjesnaam verpakt. TBK-alumna Willemijn Lindeboom is van begin af aan bij de vereniging betrokken. ‘Ons doel was het bevorderen van contacten tussen vrouwelijke studenten in technische studierichtingen. Ook wilden we de drempel voor meisjes verlagen om aan de UT te komen studeren.’
Deels was Mirte een gezelligheidsvereniging, vervolgt Lindeboom. Maar de emancipatie van vrouwelijke studenten speelde eveneens een belangrijke rol. Binnen de vereniging werd gepraat over gezamenlijke ervaringen in een mannenwereld en gediscussieerd over traditionele rolpatronen. ‘Ik weet nog dat we een cursus bandenplakken organiseerden. We vonden namelijk dat meisjes dat zelf moesten kunnen.’
Aanvankelijk wordt Mirte met enthousiasme ontvangen door de UT-gemeenschap, ook door het universiteitsbestuur. De vereniging brengt een nieuw, fris geluid op de campus. Het resulteert in een actieve club met op het hoogtepunt honderd leden. De studentes organiseren lezingen, excursies en (poster)acties waarmee ze de campusgemeenschap aan het denken willen zetten over man/vrouw vraagstukken. ‘We probeerden een cultuuromslag op gang te brengen en dat werd ons lang niet altijd in dank afgenomen’, vertelt Lindeboom. ‘Veel UT’ers, zowel mannen als vrouwen, vonden het maar niets wat wij deden.’
Foto: Mariska van der Linden (l.) en Monique van Bakel. Ze werden in het UT-Nieuws van 1990 geïnterviewd als oprichters van Mirte.
In 1992 ontstaat er zelfs een ware rel door een Volkskrant-artikel, waarin Lindeboom wordt geciteerd. In het artikel stelt ze de ‘kazerneachtige’ mannencultuur op de campus aan de kaak. ‘Als je iets op moet halen bij een mannelijke studiegenoot word je geconfronteerd met foto's van naakte dames in alle standen’, vertelt ze aan de Volkskrant-journalist. En verderop: ‘De jongens overheersen hier erg, en dat is gewoon geen leuke cultuur. […] Bij studierichtingen als elektrotechniek en informatica wordt het beeld bepaald door freaks die alleen maar over computers kunnen praten.’
Het artikel blijft niet onopgemerkt. ‘Er ontstond een enorme hetze’, blikt Lindeboom terug. ‘In Enschede hingen posters van mijn hoofd met beledigende teksten eronder. Ik moest mijn mond houden was de boodschap. Ik vond het zwaar onaangenaam. Het probleem werd gewoon ontkend en onze vereniging kreeg het label ongenuanceerd feministisch.’ Volgens Lindeboom is het een beproefde tactiek om andersdenkenden de mond te snoeren. ‘Dan ben je een racist, veganist of wat dan ook. Zo is het bij ons ook gegaan.’
Hoe onterecht ook, Mirte heeft te lijden onder het vooroordeel. De toestroom van nieuwe leden neemt drastisch af en in 1994 wordt de vereniging zelfs noodgedwongen opgeheven. ‘Wat wij uiteindelijk met Mirte hebben bereikt? Helemaal niets. Je kunt een cultuur niet zomaar veranderen. Maar ja, we waren jong en geloofden erin. Inmiddels is de situatie wel ten goede veranderd. Dat geldt overigens voor de hele maatschappij. Maar er zijn helaas nog genoeg plekken op de wereld waar dat niet zo is.’