Ken uw tegenstander

| Redactie

Het redactioneel commentaar van U-Today. UT’ers leggen binnenkort hun werk neer uit protest tegen overheidsbezuinigingen, maar zit de onvrede niet veel dieper? Er zijn meerdere ‘tegenstanders’ om een vuist tegen te maken.

De kogel is door de kerk: UT’ers gaan het werk neerleggen in protest tegen de miljardenbezuiniging uit Den Haag. Die staat immers nog grotendeels, ondanks de protesten van de laatste maanden.

Zo’n staking – of überhaupt een massaler protest – is een zeldzaamheid op deze universiteit. Een eerste vraag is dan ook hoeveel medestanders ze weten te ronselen om het werk neer te leggen. De massa is immers allesbepalend voor de impact en de beeldvorming. Een plukje UT’ers dat gehuld in een labjas de Enschedese burger onderwijst op het Van Heekplein wekt wellicht wat vluchtige sympathie op onder een handjevol winkelende voorbijgangers. Maar een mensenmassa beklijft.

Het is sowieso een wat bijzondere constellatie, deze zogeheten estafettestaking. Universiteiten worden door de regering gekort op hun budget. Als reactie gaan medewerkers effectief staken tégen hun werkgever, de universiteit. Maar diezelfde werkgever heeft ook belang bij een succesvolle staking. In dat licht zou het de stakingsbereidwilligen helpen als de voorlopig voorwaardelijke steun van het college van bestuur onvoorwaardelijk wordt. Het onderwijs mag niet te veel geraakt worden, is de boodschap. Maar dat is onderaan de streep een staking met de handrem erop. Het is dus niet verwonderlijk dat de vakbonden zich al roeren en spreken over schijnsolidariteit. Terwijl zowel medewerker als werkgever een identiek belang heeft, rijzen de vraagtekens over het bondgenootschap.

De onderwijssector heeft namelijk een vergelijkbaar prisoner’s dilemma als de zorgsector. Gaat een verpleegkundige staken, dan raakt dat primair de patiënt. Gaat een docent staken, dan raakt dat primair de student. Dat verklaart voor een groot deel de terughoudendheid van velen, de angst voor nevenschade: ook al wordt het vizier gericht op de politiek, de terugslag raakt vooral de student. Dus lijken de stakingsbereidwilligen vooral een positieve boodschap uit te willen stralen. Want wil je de politiek overtuigen, dan heb je draagvlak nodig, zo is de wijsheid van een stakingsdeskundige. Dat en: ken uw tegenstander.

Maar die ‘tegenstander’, wie is die eigenlijk? Dat is niet alleen de bezuiniging die nu op tafel ligt. Het is immers publiek geheim dat de universiteit al jarenlang drijft op ongezonde goodwill in de vorm van structurele werkdruk. Evengoed valt bestuurders en managers op de UT ook genoeg te verwijten in het omgaan met de eigen financiële kopzorgen. En je kan ook de vorige minister het gretig uitdelen van geoormerkt geld kwalijk nemen. Zo kun je ook beargumenteren dat die miljardenbezuiniging niet zozeer de ziekte is die het hoger onderwijs treft, maar hooguit een symptoom van een wijdverspreid en hardnekkig systeemprobleem.

Bovendien is de vraag of de politiek geneigd is te luisteren naar wetenschappers die het werk neerleggen. Het politieke tijdsgewricht wordt ogenschijnlijk gedomineerd door opportunisme, opzettelijke onwetendheid en pertinente onwaarheden. Universiteiten worden niet gekort op het budget vanwege hun ongebreidelde werving van internationale studenten, het klakkeloos aannemen van extra personeel of gebrek aan financiële grip. Al dat soort argumenten zouden ergens te verdedigen zijn, maar volgens de grootste partij in de Tweede Kamer is de universiteit door de bank genomen ‘te woke’.

Wellicht ietwat gechargeerd, maar dat is wel het speelveld dat de academici betreden nu ze zich nadrukkelijker bemoeien met het politieke discours. Als een schaakspeler tussen de kooivechters. Wetenschappers moeten het met hun feiten, nuances en gefundeerde gefluister opnemen tegen de meningen, kortzichtigheid en het geschreeuw. Zulke strategisch domme sentimenten uit de politiek sijpelen bovendien door tot diep in de samenleving; het wij-zij-denken regeert. Daartegen moet een universiteit zich zien te wapenen, wil ze zo maatschappelijk relevant zijn als ze beoogt en betoogt.

Met nog drie weken te gaan tot 25 maart staat dat op het spel voor de opstandelingen: wil zo’n staking enig effect sorteren, dan moet de woede en het onbegrip die in de breedte gevoeld wordt ergens in een nauwe trechter worden gewurmd. Daaruit moet een hapklaar brokje rollen dat goed smaakt bij ‘het volk’ en pittig genoeg is voor ‘de politiek’. Ga er maar aan staan.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.