Bewoner
Nils Jansen van Rosendaal (21) is vierdejaars advanced technology.
Kamer
Met vijf medebewoners in ‘het Witte huis’ aan de Wethouder Gerbertstraat. De kamer is 18 m2. Hiervoor betaalt hij € 250 per maand.
Huisoudste of net binnen?
‘Ik zit ergens halverwege. We wonen met z’n zessen in huis. Het wisselt hoeveel we samen doen. We hebben geen huiskamer dus als we samen eten, zitten we altijd bij iemand op de kamer. Het verschilt per keer bij wie. Het is mijn vierde jaar hier, ik kwam hier wonen toen ik in Enschede ging studeren.’
Schoonmaker of sloddervos?
‘Ik hou de boel wel opgeruimd. Het wisselt hoe vaak ik opruim. Pas als het nodig is. Maar dingen als stofzuigen doe ik toch wel iets minder vaak.’
Het unieke van deze kamer?
‘Het is een combinatie van allemaal willekeurige spullen. Ik weet soms niet eens waar ik het allemaal moet laten. Van de meeste dingen weet ik nog wel waar ik het vandaan heb of van wie ik het gekregen heb. Een Spongebob-ukulele van mijn vrienden voor een van mijn verjaardagen en een badeend uit Kroatië bijvoorbeeld. De badeendjes heb ik volgens mij allemaal cadeau gekregen. Ik weet niet meer hoe dat begon, maar het is onderhand al een hele verzameling. Ik heb er zo’n dertig. Ze staan in een vitrine, dat vond ik wel leuk staan.’
Standaard of bijzonder?
‘Ik zou mijn kamer toch wel bijzonder willen noemen. Als je ziet wat hier allemaal staat. Aan de muur hangen 112 cd-hoesjes. Op de voorkant van die hoesjes staat altijd artwork. Daarom vind ik het zonde om ze in een cd-rek te zetten. Dan zie je alleen de zijkant nog maar. De verzameling begon met twee cd’s en is langzaam uitgebreid. Als ik er een beluister, haal ik hem even van de muur af. Er staan eigenlijk allemaal random spulletjes in mijn kamer. Het meest bijzonder en gek vind ik de knalrode hond naast mijn bureau. Die heb ik deze vakantie meegenomen uit België. Ik zag hem staan op een marktje en moest hem gewoon hebben. Hij was nog aardig prijzig ook en ik moest hem een heel eind tillen op mijn nek, maar ja, zie hem shinen daar. Daar word je toch vrolijk van!’