Vandaag stap ik uit het vliegtuig (grapje, ik schrijf dit alweer veel later pas). Ik ben heel wat hindernissen tegengekomen, maar we zijn er nu echt. Alle conflicten gesust, geland aan de oostkust.
Wat doe je als je heel hard van je fiets valt? Niet zoveel. Bewegen doet namelijk achterlijk veel pijn. Lang verhaal kort: ik was van m’n pedaal gegleden, viel half over m’n stuur en trof een bushokje. Met 30 km/h was een hersenschudding was onvermijdelijk. Dus ja, dan moet je noodgedwongen twee weken niets doen voordat je op reis gaat. Verre van ideaal als je allerlei plannen had willen maken voor weekendtripjes en het Japanse geschrift had willen leren, maar dat zat er helaas niet in.
Dus dan ga je naar het vliegveld. Het halve jaar aan voorbereiding manifesteert zich er nu in dat je in een vliegtuig stapt om 13 uur later aan te komen in Tokio. Althans… als je het vliegtuig haalt. Je weet vast dat het een goede gewoonte is om drie uur voor vertrek op Schiphol te zijn voor intercontinentale vluchten. Maar wist je ook dat je niet anderhalf uur van die tijd moet spenderen aan je bagage inchecken en koffie drinken? Nou, ik dus niet… Dus na meer stress ervaren te hebben dan de hoeveelheid bier die er doorheen gaat bij de Elfbierentocht, stapte ik een welgetelde twee minuten voordat de gate sloot in het vliegtuig. Lekker gepland wel.
'Figuur 2. ATLAS achtervolgt verwarde man over de hele wereld.'
Op een half uur slaap kwam ik aan in Japan. Na wat uitzoekwerk had ik de treinkaartjes naar Sendai bemachtigd; de plek waar ik ga studeren. En zo vervolgde de reis zich voorspoedig. In Tokio ging ik m’n op jacht naar m’n lunch. * Creditcard doet het niet. * ‘Oh, zal wel zijn omdat ze geen Visa accepteren.’ Natuurlijk wel, in Japan accepteren ze overal Visa. * Drie pogingen later… * @F*&<#. Dus daar zit je dan, in Tokio. Zonder eten, zonder geld, zonder cash (superdom ook, zorg dat je altijd cash bij je hebt!), zonder internet, op 30 minuten slaap, en zelfs het water was op. Dat ik naar huis wilde was een understatement…
Maar goed, ik moest de trein halen. Deze keer zonder stress gelukkig. En zo kwam ik aan in Sendai. Gelukkig had de uni mij van tevoren gekoppeld aan een Japanse student die mijn ‘buddy’ zou worden. Hij kon helpen met m’n creditcard, het OV, en het regelen van eten en drinken. Wat een legende! Dus zo kwam deze turbulente dag uiteindelijk toch nog goed.
Wat kunnen we leren van dit verhaal? Allereerst, check van tevoren hoe je creditcard werkt. Best onhandig als je onverwachts met een geoblock moet dealen. Ten twee, cash is een must. Drie, ook als de situatie een beetje behelpen is, komt het meestal wel goed. Vertrouw op jezelf en durf om hulp te vragen. Zeker op het vliegveld en in de grote steden als Tokio spreken de meesten wel een beetje Engels. Tot slot, het is echt superfijn om van tevoren al mensen te kennen die bekend zijn in het land waar je naartoe gaat! Zij het via de universiteit, via je sociale netwerk, via een studentenorganisatie bij de universiteit waar je naartoe gaat. Maar zeker als je onverwachte problemen krijgt - en geloof me, die krijg je een keertje - is het heel fijn om iemand te kunnen contacteren die bekend is met het land en de taal.
Na deze turbulente eerste dag kon het feest beginnen. Met alle tijd om de stad te verkennen in de week na aankomst heb ik lekker de toerist uitgehangen. Ook gaf de uni wat nuttige informatie mee over wat wel en niet te doen in Japan. (Wel: de regels volgen. Niet: de regels breken.) Overigens een aardig advies, waar je ook naartoe gaat: in het buitenland in de problemen komen lijkt me niet echt een aantrekkelijke optie. De eerste impressie is dan ook dat ze echt goed voor internationale studenten zorgen in Japan. Alle informatie wordt goed verzorgd en je wordt echt bij de hand genomen, zeker in de eerste weken. Heel prettig! Zeker voor iemand die weinig reiservaring heeft. Iemand zoals ik dus.
Tot slot dan, een eerste sfeerimpressie: