In tegenstelling tot Gellings, komt Harkema ook na vijftig jaar nog drie à vier dagen per week op de campus. Tot vorig jaar gaf hij met regelmaat college, nu werkt hij enkel vrijwillig aan publicaties en ondersteunt hij mensen binnen zijn groep. ‘Ik word inderdaad geregeld geraadpleegd,’ vertelt Harkema.
Op die manier hoopt Harkema bij te blijven bij wat er gebeurt op het gebied van röntgendiffractie, vertelt hij. ‘Ik hoop zelf nog wat publicaties af te maken, maar vind het vooral plezierig dat ik steeds weer nieuwe mensen hier tegenkom. Het geeft voldoening om zo nu en dan genoemd te worden in proefschriften van steeds andere mensen.’
En het zijn niet alleen de mensen om Harkema heen die de afgelopen vijf decennia veranderden. Ook de universiteit zelf heeft wat veranderingen ondergaan. Harkema begon als wetenschappelijk medewerker in 1964 bij scheikundige technologie.
‘De omgang tussen mensen is nu veel makkelijker, dat is echt een verbetering. Maar daar tegenover staat dat de faculteit vroeger meer één geheel was. Er zijn nu meer kleinere eilandjes en het bestuur staat op grotere afstand.’
Harkema promoveerde in 1971 en was dan ook verbaasd dat hij vorig jaar een mail kreeg of hij zijn proefschrift wilde opsturen ‘ter voorbereiding op zijn promotie’. ‘Nadat ik mijn proefschrift uit ’71 opstuurde, kreeg ik een kort mailtje terug: ze moesten een andere Harkema hebben.’