Voor de eerste wedstrijd is het RoboTeam zichtbaar gespannen. Niet vreemd, als je bedenkt dat ze dik een jaar naar dit moment toeleefden. Gisteren dachten ze nog een reservespeler klaar te hebben, maar die heeft het in de tussentijd begeven. De eerste opgave, RoboDragons uit Japan, is meteen een loodzware. Vorig jaar werd dit team vierde. Een serieuze kanshebbers voor de titel dus.
Juichen voor een redding
De uitslag is met acht doelpunten tegen en nul voor niet geflatteerd. ‘We maken geen kans’, geeft teamleider Ewoud Croll tijdens de wedstrijd toe. Vooral uit dode spelsituaties zijn de RoboDragons dodelijk. De Twentenaren hebben tegen deze tegenstander niet veel verwachtingen. Aanvallend valt er niet veel te halen, maar ze juichen des te harder als de keeper een redding maakt.
In de tweede helft krijgt het team twee keer een gele kaart, waardoor een robot twee minuten het veld uit moet. De robot ging voor de bal terwijl de tegenstander een vrije trap nam.
De robots worden aangestuurd door de ‘tactics PC’, alles wat op het veld gebeurt, is het afgelopen jaar geprogrammeerd en in elkaar gezet. Tijdens de wedstrijd zelf kan het team niet veel meer doen. Dat wil niet zeggen dat ze stilzitten. Valt een speler tijdens de wedstrijd uit, dan wordt-ie van het veld gehaald en bliksemsnel opgelapt.
Kan alleen maar beter
Na de eerste wedstrijd is Croll allesbehalve ontevreden. ‘We hebben een prachtige wedstrijd gespeeld’, zegt hij. ‘Zeker verdedigend heb ik goede dingen gezien. De gele kaarten zijn onnodig. We kijken of we die fout uit de programmeercode kunnen halen. Vergeet niet dat dit onze eerste wedstrijd is, het kan alleen maar beter. En we krijgen complimenten van andere teams. Dan weet je dat je goed bezig bent.’
In aanloop naar de tweede wedstrijd werkt het team stug door aan de programmeercode, de mechanica en elektronica in de robots. Een enkeling gaat even naar buiten om een paar boodschappen te halen, maar de meeste teamleden nuttigen aan de tafel met apparatuur hun bakje noedels.
Deze dagen werken én leven ze samen, bij de RoboCup en in hun Airbnb-appartement. Croll: ‘Of we elkaar wel eens in de haren vliegen? Nee, omdat iedereen een duidelijke taak heeft. We werken al een jaar aan dit doel. We genieten ervan dat we er zijn.’
Sleutelen en code schrijven
Na een paar uur sleutelen en code schrijven, wacht de tweede opponent: RoboJackets uit de Verenigde Staten. Op papier een middenmoter en daarmee een goede test. Het RoboTeam staat er goed voor. De bugs uit de vorige wedstrijd zijn ‘gefikst’ en ook de reservespeler is weer klaar, laat Croll weten. ‘Als het goed is lopen we niet meer tegen gele kaarten aan.’
De eerste helft ziet er heel anders uit dan de vorige wedstrijd. De tegenstander heeft weliswaar meer balbezit, maar tot grote kansen komen ze niet. Aanvallend heeft RoboTeam Twente nog niet veel in de melk te brokkelen. De robots pakken de bal niet goed af en de pass naar voren mislukt meestal.
Alles is nieuw voor de UT’ers. In de pauze oppert Bob Rubbens (software) om de code van gisteren terug te zetten. ‘Misschien dat we daarmee aanvallend wat meer kunnen.’ Maar, mag dat eigenlijk wel, tijdens de wedstrijd? Croll vraagt het na: ja, het mag. Toch besluiten ze het niet te doen, omdat het waarschijnlijk meer kwaad dan goed doet.
De tweede helft verloopt zoals de eerste: RoboTeam geeft niets weg, maar creëert ook niet veel. Tot het moment diep in de tweede helft, een schot buitenkant paal. Er valt iets van het team af. Het lukt ze bij het doel te komen. Tot scoren komt het niet. Eindstand: 0-0.
Van theorie naar praktijk
‘We leren hier iedere minuut’, zegt Jim Hoekstra (software) meteen na de wedstrijd. ‘Alle programmeercodes die we het afgelopen jaar schreven is theoretisch. Nu zien we hoe het in de praktijk uitpakt met een echte tegenstander. Natuurlijk gaat er nog een aantal dingen mis en gedragen de robots zich net wat anders dan we dachten. De informatie die we nu ophalen, proberen we meteen te verwerken, zodat we morgen weer net iets sterker voor de dag komen.’
De eerste wedstrijden zijn achter de rug. Teamleider Croll is trots. ‘We kunnen snel defecten repareren en verbeteringen in de tactiek aanbrengen’, zegt hij. ‘Tijdens het toernooi hoop en verwacht ik dat we ons nog verbeteren.’
Kunnen we nog een scorend RoboTeam verwachten? ‘Misschien, dat hangt natuurlijk ook van de tegenstander af.’ En het team leert nog een laatste les deze dag. Van de RoboJackets krijgen ze een speldje en ieder een reep uit eigen land. ‘Volgend jaar dus iets uit Twente mee.’