Natuurlijk stond de koning eerst stil bij de orkaan Irma, die de bewoners van Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius trof. ‘De regering zal doen wat in haar vermogen ligt om de acute nood te lenigen’, zei hij in de Troonrede. ‘Het Caribisch deel van het Koninkrijk staat er bij de wederopbouw niet alleen voor.’
Verder leek de regering zich haast te verontschuldigen voor het gebrek aan plannen. ‘Dat Prinsjesdag dit jaar plaatsvindt in een tijd van kabinetsvorming betekent dat terughoudendheid geboden is bij het indienen van nieuwe voorstellen’, zei de koning, om eraan toe te voegen: ‘Dat ontslaat de regering niet van de plicht te doen wat in het landsbelang is.’
Waardering
In het landsbelang is bijvoorbeeld een beter salaris voor leraren op de basisschool. ‘Goed onderwijs voor alle kinderen is belangrijk en leraren maken daarin het verschil’, staat in de Troonrede. ‘Daarvoor verdienen zij waardering. De regering investeert 270 miljoen euro in de verbetering van en nieuwe afspraken over de arbeidsvoorwaarden in het primair onderwijs.’
Maar hij zei niets over het hoger onderwijs of wetenschappelijk onderzoek. In andere jaren ging het weleens over onderzoek en innovatie, jong talent, gelijke kansen in het onderwijs en extra docenten en onderzoekers.