Het Centraal Bureau voor de Statistiek peilt sinds 2012 jaarlijks hoe het gesteld is met de sociale samenhang en het welzijn in ons land. Ze laten 3.600 willekeurige Nederlanders een enquête invullen en vragen daarbij ook – impliciet – naar eenzaamheid: zijn er genoeg mensen op wie ze bij narigheid kunnen terugvallen of ervaren ze juist leegte om zich heen?
Volgens de nieuwste CBS-cijfers voelt zo’n 65 procent van de Nederlanders zich dus níet eenzaam. Leeftijd en opleidingsniveau doen ertoe: onder de 15 tot 25-jarigen ligt het aandeel niet-eenzamen rond de 70 procent en onder hoogopgeleiden op 71 procent.
Studenten zijn én jong, én hoogopgeleid: zijn zij dus het minst eenzaam? ‘Dat kun je zo niet stellen, want dat hebben we niet onderzocht’, zegt Tanja Traag van het CBS. ‘Maar als je naar de cijfers kijkt, dan lijkt het daar wel op.’
Beeld in de media
Hoe valt die uitkomst te rijmen met eerdere, alarmerende onderzoeken naar de emotionele gesteldheid van studenten? Die zouden steeds vaker last hebben van angst, stress en somberheid.
Traag heeft geen verklaring voor deze ogenschijnlijke discrepantie, maar zegt dat onderzoeken naar een ‘subpopulatie’ – in dit geval dus studenten – vaak niet representatief zijn. ‘De deelnemers worden bijvoorbeeld geworven via een bepaalde website, waardoor je al een voorselectie krijgt.’
Het CBS-onderzoek kan nog geen trends waarnemen omdat er dit jaar gebruik is gemaakt van een nieuwe meetmethode.