Vrouwen blijven verzorgers, mannen blijven leiders

| HOP, Melanie Zierse

Zorg, welzijn en onderwijs, het zijn en blijven de sectoren waar de meeste hoogopgeleide vrouwen te vinden zijn. Maar de jonge vrouwelijke garde kiest ook vaker voor studierichtingen als wiskunde, natuur en techniek, blijkt uit nieuwe cijfers.

Gespecialiseerd verpleegkundige of basisschoolleerkracht? Grote kans dat het over een vrouw gaat. In 2018 bestond meer dan 80 procent van de werkenden in deze beroepen namelijk uit vrouwen, blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Onder psychologen, sociologen, artsen, taalkundigen en fysiotherapeuten neemt het aandeel vrouwen sterk toe.

Bij de top tien mannelijke beroepen is sinds 2013 nauwelijks iets veranderd. Hoogopgeleide mannen kiezen vooral voor werk als elektrotechnisch ingenieur, manager logistiek, manager ICT en manager productie. Deze beroepsgroepen bestaan voor 90 procent of meer uit mannen.


Wat vrouwen en mannen studeren is mede bepalend voor de baan die ze later krijgen. Het is daarom niet gek dat vrouwen vooral een diploma hebben in studierichtingen als onderwijs en welzijn en gezondheidszorg. Mannen kiezen vaker voor de technische hoek, zoals informatica, technische dienstverlening, transport en logistiek.

Maar jongere vrouwen zijn ook steeds meer geïnteresseerd in wiskunde, natuurwetenschappen en techniek, industrie en bouwkunde. Van de 15 tot 45-jarige hoogopgeleide vrouwen heeft daar respectievelijk 44,5 procent en 22,1 procent in 2018 een diploma in behaald. Voor de oudere garde, tussen de 45 en 75 jaar, is dat maar 24,5 en 13,7 procent.

Vrouwen blijven ondervertegenwoordigd in de top. Daarbij speelt mee dat zij vaker in deeltijd werken dan mannen, aldus het CBS. Zo was 36 procent van de Tweede Kamerleden in 2018 vrouw, bij topfuncties binnen de rijksdienst was dat 38 procent. Wel waren er eind vorig jaar meer vrouwelijke dan mannelijke rechters, namelijk 63 procent.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.