Vooral bij de faculteiten bleef er veel geld over. Ze eindigden ruim 5,2 miljoen in de plus. Zo valt te lezen in de laatste managementrapportage (MARAP). De sluiting van de faciliteiten en de reisbeperkingen zorgden vorig jaar voor een daling van de omzet op onderzoeksprojecten: er kwam flink minder geld binnen via (met name) tweede en derde geldstromen. Toch weegt het verlies aan inkomsten niet op tegen de fors lagere kosten in 2020. Zo waren er nauwelijks reis- of conferentiekosten. Ook de onvervulde vacatures droegen bij aan het positieve resultaat.
De ondersteunende diensten en de centrale UT-eenheid eindigden in de min. Gezamenlijk werd er bijna 3 miljoen te veel uitgegeven. Door de sluiting van de sport- en cultuurfaciliteiten liepen de ondersteunende diensten ruim 6 ton aan inkomsten mis. Over het geheel houdt de UT 2 miljoen over. Dat is 6 miljoen meer dan gebudgetteerd.
Lange termijn
Mirjam Bult, vicevoorzitter van het CvB, noemt de financiële positie van de UT in een interview met U-Today stabiel. Zo zijn de studentenaantallen ondanks het coronajaar vrijwel gelijk gebleven – er is zelfs sprake van een lichte stijging. Wel blijft het volgens het collegelid spannend wat er met de derde geldstroom gaat gebeuren in de toekomst. ‘Het lijkt nu nog stabiel, maar de situatie is kwetsbaar. Misschien gaan bedrijven in de toekomst besparen op hun research en development.’ Het is daarom moeilijk te zeggen wat de financiële gevolgen van de coronacrisis voor de UT op de lange termijn zullen zijn, concludeert Bult.