Afgelopen zomer besloot de UT het collegegeld voor gevluchte Oekraïense studenten te verlagen naar een bedrag gelijk aan het wettelijk collegegeld van 2.209 euro: het bedrag dat Nederlandse studenten betalen. Dit bedrag is veel lager dan het instellingstarief, dat normaal geldt voor studenten van buiten de Europese Economische Ruimte (EER). Directe aanleiding was de Russische invasie in Oekraïne. Naast Oekraïners komen ook vluchtelingstudenten uit andere landen in aanmerking voor het gereduceerde collegegeld, als ze tenminste beschikken over een tijdelijke beschermde status.
Andere Nederlandse universiteiten en hogescholen troffen afgelopen zomer vergelijkbare maatregelen. Omdat de oorlog in Oekraïne voorlopig niet lijkt te stoppen, wil het CvB de maatregelen verlengen met één collegejaar, zegt Karin Dirksen (beleidsadviseur internationalisatie). Het college loopt daarmee vooruit op een bijeenkomst van universiteitenvereniging UNL aanstaande vrijdag, waar een eventuele verlenging van het verlaagde collegegeld zal worden besproken.
Geringe aantallen
Het aantal gevluchte studenten verschilt sterk per universiteit, weet Dirksen. In Amsterdam gaat het om enkele honderden studenten, terwijl er aan de UT dit collegejaar slechts vijf studenten van het gereduceerde tarief gebruikmaken. ‘Het gaat in Twente om geringe aantallen. Voor 2023-2024 verwachten we hier ook niet opeens honderden studenten. Dat maakt het financieel mogelijk.’
Eerder werd bekend dat minister Dijkgraaf (OCW) een landelijke verlaging van het collegegeld voor vluchtelingstudenten niet ziet zitten. Hij vreest dat generieke maatregelen leiden tot een aanzuigende werking, waardoor het onderwijsstelsel onder druk komt te staan. Wel mogen hogescholen en universiteiten zelf besluiten om vluchtelingstudenten een lager tarief te vragen, zegt de minister.
De verlenging van het verlaagde collegegeld aan de UT gaat om een voorgenomen CvB-besluit. De Uraad moet nog instemmen met het voorstel en buigt zich in maart over de plannen van het college.