Als iemand met gezag over medezeggenschap in het hoger onderwijs kan spreken dan is het Joop Schippers wel. De hoogleraar arbeidseconomie aan de Universiteit Utrecht is al zestien jaar lid van de universiteitsraad. Daarvoor was hij onafhankelijk voorzitter bij de faculteitsraad Recht, Economie, Bestuur en Organisatie aan diezelfde universiteit. Schippers zag al in de loop der jaren de aard en inzet van de onderwerpen rond medezeggenschap veranderen. ‘In het algemeen is het veel minder politiek geworden dan vroeger, minder ideologisch geladen. De inzet is veel pragmatischer nu.’
Intrinsiek gemotiveerd
De opkomst bij de verkiezingen voor de medezeggenschapsorganen in het hoger onderwijs is overal laag. En ook aan de Universiteit Utrecht lukt het de laatste tijd moeilijker dan voorheen om medewerkers en studenten te vinden die zich verkiesbaar willen stellen. Schippers: ‘Zowel medewerkers als studenten hebben het steeds drukker. Bij hen is het dan vervolgens een lastige afweging: ‘ruim ik hiervoor tijd in, naast alle andere dingen die ik moet doen?’’
Toch gaat het met de medezeggenschap aan de Universiteit Utrecht bovengemiddeld goed, zegt Schippers. Een belangrijk element van dat succes is volgens hem de goede wisselwerking tussen de raad en het college van bestuur. ‘Het college is intrinsiek gemotiveerd en ziet dat je wat hebt aan medezeggenschap. De leden tonen zich daadwerkelijk geïnteresseerd in de ideeën van studenten en medewerkers. En in het antwoord op de vraag hoe het beleid op hen overkomt.’
'Zorg voor een goede overdracht van nieuwe leden'
Geen moppercultuur
Behalve die intrinsieke motivatie van de bestuurders is volgens Schippers ook belangrijk dat medezeggenschapsraden zich constructief opstellen. ‘Wij hebben afstand genomen van die moppercultuur die er in het verleden was waarin vooral gezegd wordt dat bestuurders er niets vanaf weten of niets willen. Nee, je moet laten zien dat je als raad ideeën hebt die voor het college de moeite waard zijn.’
Als een voorstel van bestuurders een medezeggenschapsraad niet naar de zin is, dan is een vereiste dat die raad zichzelf kritisch bevraagt, vindt Schippers. ‘Wat is dan ons alternatief? Wat gaat iets kosten, hoe gaan we het betalen? En hoe krijgen we voor ons idee iedereen mee? Denk daarbij niet alleen aan de bestuurders maar ook aan de directeuren en de opleidingscoördinatoren van de instituten. Verzin ideeën op de inhoud en denk na over hoe je het proces inricht om je ideeën in de praktijk te verwezenlijken.’
Als je op deze manier opereert als medezeggenschapsraad is de kans groter dat je aan de andere kant van de tafel serieus wordt genomen, stelt de Utrechtse hoogleraar. Een voorwaarde is volgens hem dan wel dat de leden van een medezeggenschapsraad vooraf een goede scholing krijgen. Vaak beginnen medezeggenschappers aan deze taak terwijl ze nog betrekkelijk weinig weten over hoe het reilt en zeilt binnen de organisatie. ‘Zorg voor een goede overdracht van nieuwe leden. En school de nieuwe leden. Hoe zit medezeggenschap in elkaar, wat zijn je bevoegdheden, hoe ga je om met bepaalde kwesties?’
Daarnaast zijn er onderwerpen die jaarlijks terugkeren in de medezeggenschapsraden stelt hij, dus zorg dat iedereen dan weet hoe het daarbij werkt. ‘Het is bijvoorbeeld handig als je weet hoe een begroting in elkaar steekt en dat je wat weet over onderwijs- en examenreglementen.’
'Koester de mensen die nog wel de bereidheid hebben gehad om zich kandidaat te stellen'
Opiniepanel
Het mag aan de Universiteit Utrecht volgens Schippers dan goed gaan met de samenwerking tussen bestuurders en universiteitsraad, de vraag die overeind blijft is: wie vertegenwoordig je? De opkomst bij verkiezingen is immers erg laag. ‘Dat is natuurlijk een probleem. Bestuurders zouden kunnen zeggen: ‘als maar 4 procent van de studenten gestemd heeft, wat zijn dan die vertegenwoordigers nog waard, waarom zou ik nog met ze gaan praten?’ Maar daarmee maak je het systeem niet beter. Koester de mensen die nog wel de bereidheid hebben gehad om zich kandidaat te stellen. En kijk hoe je vervolgens de komende periode werkt aan het verbeteren van de opkomst.’
Schippers ziet heil in nieuwe eigentijdse vormen om meningen te peilen van medewerkers en studenten. Staar je niet blind op de medezeggenschapsverkiezingen maar peil ook tussentijds, stelt hij. ‘Ontwikkel een online platform waar je bijvoorbeeld elke twee weken een paar vragen stelt. Vergelijk het met het Een Vandaag opiniepanel. Je kunt gericht vragen stellen en ontdekt dan welke onderwerpen mensen belangrijk vinden en welke ideeën er leven. Juist in een tijd waarin mensen veelal niet meer bereid zijn om zich permanent aan iets willen committeren, kan zo’n online platform heel erg behulpzaam zijn.’
'Studenten opereren wel mondig en kritisch als het gaat om hun telefoonabonnement'
Succesverhaal
‘Laat zien dat medezeggenschap tot iets leidt.’ Dat is een andere tip van Schippers aan hoger onderwijsinstellingen om het onderwerp medezeggenschap meer te laten leven dan nu gebeurt. Daarbij doet hij vooral een beroep op de bestuurders van een hogeschool of universiteit. ‘Die mogen best wat vaker laten zien dat ze bij beslissingen over beleid zich mede hebben laten leiden of laten bijsturen door de inbreng van de medezeggenschapsraden. Dan laat je zien: die medezeggenschap doet ertoe!’ En je bouwt als bestuurder daarmee het succesverhaal samen op met de medezeggenschapsraad. En die raad kan vervolgens in verkiezingstijd dat succes claimen: ‘hier hebben wij voor gezorgd!’ Daarmee maak je voor studenten en medewerkers het belang en de invloed van medezeggenschap zichtbaar.’
‘Kaart bij de introductie, als studenten aan hun opleiding beginnen, het onderwerp medezeggenschap meteen aan’, suggereert Schippers aan het einde van het vraaggesprek. ‘Wijs alle studenten erop dat in Nederland de inhoud van het hoger onderwijs niet van overheidswege wordt gedicteerd. Ze hebben veel mogelijkheden om mede vorm te geven aan hun eigen opleiding. Maak duidelijk dat ze die kans niet moeten laten liggen. Gek eigenlijk’, zo vervolgt hij, ‘studenten opereren wel mondig en kritisch als het bij wijze van spreken gaat om hun telefoonabonnement of de reis die ze geboekt hebben. Ik zou zeggen: gebruik die kritische houding vooral ook tijdens je studie. Want je hebt als student veel mogelijkheden om gewenste veranderingen in je opleiding mede gestalte te geven.’
Dit artikel komt uit De Omslag, een online magazine over onderwijs en onderzoek van de Hogeschool Utrecht. Met deze keer als thema: de staat en toekomst van de medezeggenschap in het hoger onderwijs.