Volgens Leonie Krab-Hüsken zorgt de aanstaande wetgeving voor onrust en stress in de opleiding scheikundige technologie (CSE), zeker bij docenten die niet goed genoeg Nederlands spreken om les te geven in die taal. ‘En het kost heel veel tijd, tijd die je liever besteedt aan andere dingen’, aldus de opleidingsdirecteur.
1904
De ‘Wat als’-vraag – wat als de opleiding straks niet voldoet aan de criteria uit de Toets Anderstalig Onderwijs (TAO) – spookt door haar hoofd. Wat als CSE – in de Keuzegids vrijwel altijd topopleiding – straks grotendeels in het Nederlands gegeven moet worden? ‘Dan komt de kwaliteit zwaar onder druk te staan’, meent Krab-Hüsken. ‘In 1904 publiceerde de Nederlandse natuur- en scheikundige Johannes van der Waals al in het Engels. In ons domein bestaan er geen relevante papers in het Nederlands en we werken al jaren in een internationale classroom. We lossen met deze wet geen probleem op, we creëren een probleem. De Nederlandse arbeidsmarkt schreeuwt om onze ingenieurs en internationale alumni in dit domein blijven grotendeels in Nederland.’
Bruins drukt gaspedaal verder in
Het gaat voor universiteiten moeilijker worden om Engelstalige opleidingen aan te bieden. Onderwijsminister Eppo Bruins wil strenger zijn dan zijn voorganger voor ogen stond, schreef hij vorige week aan de Tweede Kamer.
Vrijwel alle anderstalige bacheloropleidingen worden onderworpen aan een toets. Als ze niet aan de criteria voldoen, moeten ze overstappen op het Nederlands. Er blijven uitzonderingen mogelijk. Een opleiding mag Engelstalig zijn als dat goed is voor een krimpregio (waar universiteiten weinig studenten trekken) of bij grote tekorten op de arbeidsmarkt. Maar Bruins wil het moeilijker maken om een beroep te doen op het ‘internationale karakter’ van opleidingen en een vierde reden (‘dit is de enige opleiding, dus die moet in het Engels’) krijgt wat hem betreft ook minder snel gehoor.]
‘Grensoverschrijdende uitdagingen’
De bachelor CSE verwelkomt jaarlijks ruim vijftig nieuwe studenten. Momenteel is ongeveer zestig procent van de studenten Nederlands. ‘Dat we in het Engels lesgeven heeft een reden. Onze alumni werken in een grotendeels internationaal werkveld. De uitdagingen waarin we met scheikundige technologie het verschil proberen te maken zijn grensoverschrijdend. Onze Nederlandse studenten profiteren juist van de internationale inzichten die ze krijgen.’
'We sturen heel bewust op een mix van Nederlandse en internationale studenten'
Het vak wordt op universiteiten in de grensstreek in het Engels gegeven, Delft, Leiden en Utrecht bieden de bachelor in het Nederlands aan. Krab-Hüsken: ‘Als we moeten switchen naar grotendeels Nederlands, dan gaat de omscholing van alleen twee derde van onze internationale docenten al meer dan een miljoen euro kosten. Geld dat er niet is.’
Geen Nederlandse naam
De minister liet weten dat hij het moeilijker wil maken om een beroep te doen op het ‘internationale karakter’ van opleidingen. Als er nou één UT-opleiding is die in dat plaatje past, dan is het wel International Business Administration (IBA). Sterker nog, mocht de opleiding in de toekomst switchen, dan moet opleidingsdirecteur Anna Bos-Nehles eerst een Nederlandse naam gaan verzinnen. ‘Zo ver is het nog niet, maar het zijn onzekere tijden voor de opleiding. En dat zorgt voor frustratie. Tegelijkertijd zijn we gedwongen om ons voor te bereiden op een scenario waarin er veel gaat veranderen voor IBA.’
Ze vindt de actualiteit vooral vervelend voor internationale studenten, die het gevoel hebben minder welkom te zijn. Mocht de opleiding – jaarlijks een instroom van zo’n 180 studenten, de helft internationaal – op termijn twee paden krijgen, dan gaat het niveau van de opleiding er volgens Bos-Nehles op achteruit. ‘We sturen zeker in het eerste jaar heel bewust op een mix van Nederlandse en internationale studenten. Zo ontwikkelen ze een internationale mindset, wat ze tot betere professionals maakt. Valt dat weg, dan verdwijnt de grootste kracht van de opleiding.’
'Juist politici als Pieter Omtzigt zouden dat toch moeten begrijpen?'
Bos-Nehles weet dat het voor IBA lastig wordt om een beroep te doen op uniciteit, ook andere universiteiten bieden de opleiding aan. ‘Maar laat mij benadrukken dat wij geen bedrijfskunde in het Engels zijn. Elke opleiding heeft haar eigen karakter.’
Joker voor civiele techniek?
Denie Augustijn noemt de plannen van de minister ook onwenselijk en proeft in de opleiding veel onzekerheid. De opleidingsdirecteur civiele techniek heeft in tegenstelling tot zijn collega’s iets meer hoop op een uitzonderingspositie: de enorme krapte op de arbeidsmarkt in de technieksector. Maar ook hij weet dat de minister het aantal uitzonderingen het liefst zo klein mogelijk houdt. ‘Als we naar het Nederlands moeten, dan moet het, maar de boel zo rigoureus omgooien zorgt voor een enorme hoeveelheid werk en onzekerheid bij docenten en studenten.’
Concreet voorsorteren op de wet doet de opleiding – die in de zomer een kleine honderd eerstejaars verwelkomde, waarvan iets meer dan de helft Nederlands – niet, omdat er nog te veel onduidelijk is. ‘Ik snap het waarom niet achter de plannen. Studenten hebben de keuze al, want in Delft kun je de opleiding in het Nederlands volgen. Ik merk dat veel Nederlandse studenten bewust voor het Engels kiezen, omdat ze ook een master willen volgen. En de taal van de wetenschap is per definitie Engels. Juist politici als Pieter Omtzigt, die nota bene zelf in het buitenland studeerde, zouden dat toch moeten begrijpen?’, aldus Augustijn.
Hij vreest bovendien dat Nederland ‘een fraai stuk ambassadeurschap’ weggooit, als het meer naar binnen keert en minder internationals verwelkomt. Hij verwijst naar een uitspraak van de Franse filosoof René Descartes: 'God schiep de aarde, behalve Nederland. Dat liet hij aan de Hollanders over'. We staan er als opleiding, UT en Nederland wereldwijd goed op met onze kennis van techniek. Het is doodzonde om dat af te breken.’
psychologie sorteert al voor
De UT-bacheloropleiding psychologie krijgt vanaf komend collegejaar zowel een Nederlands als Engels traject, waarbij een gezamenlijke numerus fixus geldt van 450 studenten. Daarmee sorteert de UT al voor op de Wet Internationalisering in Balans. Vooralsnog is de relatief grote UT-opleiding de eerste en enige die tweetalig wordt.