‘Het is heel simpel, jullie gaan daar staan en als jouw naam wordt omgeroepen lach je naar de camera en zwaai je naar het publiek.’ Inmiddels komt het riedeltje mij bekend voor. Deelnemen aan een Nederlands kampioenschap hardlopen gaat net iets verder dan een gemiddeld wedstrijdje op zaterdagmiddag. Toch gaat het – op het moment suprême – bijna fout als ik even niet op let en mijn aankondiging mis. Gelukkig is er altijd nog de regisseur die mij even een seintje geeft. Dat kan ik wel wat vaker gebruiken.
Aandacht krijgen komt in vele vormen voor, met bijbehorende mate van aangenaamheid. Ik durf met zekerheid te stellen dat iedereen persoonlijke aandacht waardeert. Maar wanneer het aankomt op publieke aandacht beginnen de meningen te verschillen. Er zijn uiteraard de welbekende aandachtsgeile types waarvan iedereen er wel een kent. Daarnaast heb je ook mensen die het liefst op de achtergrond functioneren, waar ze ongemerkt hun ding kunnen doen.
Ik beschouw mijzelf als lid van die ‘achtergrondgroep’. Dit werd recentelijk bevestigd tijdens een danscursus waarin ik zeer tactisch de meest verre hoek van de zaal opzocht. En ik weet dat er meer mensen zijn die deze tactiek hanteren. Zij herkennen zich vast in mijn grootste angstgegner: presentaties.
Presentaties hebben iets dat angst inboezemt. Denk aan het directe contact met het publiek dat foutjes gelijk opmerkt, het gebrek aan tijd om na te denken en de kans op het vergeten van belangrijke zaken. Maar het ergste van alles is dat het na afloop eigenlijk altijd wel meeviel en je je dus voor niets zorgen maakte.
Er resteert echter een grote vraag. Hoe kan het dat iemand die al zenuwachtig wordt voor een praatje van vijf minuten voor twintig medestudenten ineens wel zonder problemen een wedstrijd loopt met duizend man publiek?
Misschien is het een kwestie van gewenning. Hoe vaker je iets doet, hoe makkelijker het wordt. Ervaring geeft een vorm van vertrouwen die nodig is om betere resultaten te behalen. Dus hoezeer ik ook een hekel heb aan presentaties geven, het is wel iets is dat ik moet blijven doen. Jezelf in een hoekje verschuilen is een tijdelijke oplossing, maar dingen doen leidt tot ervaring waardoor het makkelijker wordt.
Hoe dan ook blijven er verschillen bestaan tussen mensen die wel en niet van aandacht houden. Mocht je in de laatste categorie vallen, omarm het en probeer soms eens uit die schaduw te treden. Om het makkelijker te maken kan je je altijd nog inbeelden dat iedereen in zijn ondergoed staat.