Normaal gesproken verveelt mijn creditcardmaatschappij me met betalingsherinneringen. Maar dit bericht is anders: ze hebben een verdachte transactie waargenomen en mijn kaart geblokkeerd. Heb ik de dag daarvoor bij verschillende vestigingen van dezelfde winkelketen tien keer eenzelfde bedrag besteed? Het had natuurlijk gekund, dat ik met een stapeltje kortingsbonnen bij diverse winkels mijn slag had geslagen (‘Maximaal twee per klant!’). Maar het gaat om verschillende Walgreens in Los Angeles, terwijl ik gewoon thuis ben, in Enschede.
Het nieuwe jaar is net begonnen, ik werk nog de laatste oliebollen weg en het is onwaarschijnlijk dat ik gisteren in een gewelddadige buitenwijk van Los Angeles voor zo’n 500 euro aan drogisterijartikelen zou hebben gekocht. Dat heeft de creditcardmaatschappij goed gezien, lang leve de kunstmatige intelligentie die ze hiervoor hebben ingezet! Het is een schoolvoorbeeld van een toepassing van kunstmatige intelligentie waar we wat aan hebben.
Kunstmatige intelligentie, KI, je wordt ermee doodgegooid. De zorgzaamheid van de creditcardmaatschappij is mooi, maar je hebt weinig fantasie nodig om te bedenken hoe dit technologische vernuft kan ontsporen. Misschien ligt het aan mij, maar het lijkt sowieso vaak makkelijker om je het slechte in te denken dan het goede. Het kwaad lijkt veelzijdig en eindeloos, voor het goede moet je meer moeite doen.
Neurale netwerkjes
Ook in de wetenschap steekt kunstmatige intelligentie, of wat daarvoor doorgaat, overal de kop op. Ik heb het niet over het serieuze KI-onderzoek, maar ik heb daarbuiten heel wat neurale netwerkjes opgetuigd heb zien worden waarbij ik dacht: weten ze wat ze in wezen aan het doen zijn? En is het geen modieuze schaamlap voor tekortkomende technologie of wetenschappelijke modelvorming? Nu denkt u misschien: die Steenbergen snapt het zelf gewoon niet. Daar heeft u gelijk in, maar ik vraag me af of veel onderzoekers die besluiten ook maar eens KI in te zetten, het in wezen wél snappen. Het zou in ieder geval goed zijn als er bij die neurale netwerkgereedschappen een soort ethische bijsluiter komt.
Wat mijzelf betreft: ik bezie de wereld een groot deel van de dag via een door Microsoft gevuld beeldscherm. Aan de randen van het beeld zijn in de loop van de jaren steeds meer dingen verschenen waarvan ik denk: hé, wat doet dat daar, en wat moet ik ermee? De nieuwste nieuwigheid vormen de voorgestelde antwoorden die ongevraagd verschijnen boven binnenkomende mails. Ook een product van kunstmatige intelligentie, maar met antwoordsuggesties als ‘Oké, geniet ervan!’ en ‘Ik voel met je mee!’ heeft deze KI zich mijn taalgebruik duidelijk nog niet eigen gemaakt, gelukkig. Het valt op dat de suggesties altijd een variant zijn van ‘Ja, ga ik doen!’ of ‘Mee eens!’. Nee zeggen, een goede manier om baas over eigen werk te blijven, komt in het Microsoftvocabulaire niet voor. Computer says yes!
Dit was mijn laatste column voor Campus. Ik hoop dat u er af en toe wat aan had, enige ergernis is ook prima. De laatste twijfel of ik wel moest stoppen heb ik de kop ingedrukt door mij te laten mailen: ‘Beste Wiendelt, het wordt tijd dat je stopt met je column, vind je ook niet?’ De computer stelt voor: ‘Ja, zeker weten!’