De spandoeken waren geknutseld, de groepstreinkaartjes gekocht, de spreekwoordelijke messen geslepen. Rood van de passie stonden honderden UT’ers in de startblokken om naar Utrecht te reizen voor een ouderwets potje op de barricades staan. Dat de mensen die over de bezuinigingen niet in Utrecht maar in Den Haag zitten, had alleen een oplettende vrachtwagenchauffeur door, maar dat mocht de voorpret niet drukken.
Totdat het surreële nieuws naar buiten kwam dat de demonstratie afgelast werd vanwege een ‘concrete’ dreiging van geweld door een pro-Palestinagroep. Gelukkig is deze dreiging niet écht concreet geworden, maar het is te begrijpen dat de gemiddelde UT’er zijn of haar boksbeugels en vechtersjas liever thuislaat.
Met rap omdenken werd er snel een second-best demonstratie opgezet op het O&O-plein. Door een miezerbuitje stond het flink vol onder de ooit witte doeken, Appèl verkocht nog net geen broodjes. Door een opgetuigde microfoon haperde telkens dezelfde boodschap: ‘no budget cuts’. Totdat om niet helemaal duidelijke redenen ook iemand van de Enschedese studentenpalestinabeweging het woord kreeg. Met lichtelijk ongemak keek het O&O-plein toe hoe dertig meter verderop werd gespeecht over fascisme. Héél het O&O-plein? Nee, een kleine dame riep dapper ‘boe’. Zij zou zich het protest niet laten kapen.
In de Twentse demonstrantenappgroep woedde gisteren nog lang de vraag of het protest ‘hijacked’ te noemen was. Een deel van de groep herinnerde zich waar de hele protestbeweging om draait: de draconisch achterlijke onderwijsbezuinigingen. Het andere deel stelde solidariteit voorop. Het is helaas een klassiek verschijnsel aan de linkerkant van het politieke spectrum: overdreven inclusie voor alle doelen die goed zijn, om uiteindelijk met een flink verwaterde boodschap over te blijven.
Een boodschap bovendien die voor het ‘gewone’ (lees: niet-academische) volk – geschrokken en opgehitst door ‘Amsterdam’ – telkens moeilijker te steunen is. De toevallige passant zal zich aanvankelijk nog even interesseren voor de demonstratie, gehouden door vriendelijk ogende studenten en medewerkers die een tenenkrommend liedje (‘Eppocalyptisch’) zingen op Bella Ciao, maar bij het eerste gebruik van ‘fascist’, ‘Israël’, en ‘genocide’ denken: ‘tja, dit wordt me te pittig’.
Doodzonde, want beide doelen zijn het nastreven meer dan waard. Maar door ze door elkaar te strooien, krijgt een Wilders wat ‘ie wil: een anti-PVV-beleidsprotest dat wordt afgelast door de geweldsdreiging van een groep die anti-PVV-beleid is. En zodra Wilders de lachende derde is, ben je je doel voorbijgeschoten. Maandag 25 november staat het volgende protest op de agenda, deze keer in Den Haag. Laten we op wederzijdse solidariteit hopen.