Als de coronacrisis iets heeft blootgelegd, dan is het wel de afhankelijkheid van bedrijven van het NanoLab en het ecosysteem op de campus, vertelt Pieter Telleman, zakelijk directeur van MESA+. ‘Na de sluiting van het lab kreeg ik direct telefoontjes. ‘’Dit kan toch niet waar zijn’’, zeiden de ondernemers. ‘’Hier gaan we aan onderdoor.’’
Na de sluiting neemt Telleman contact op met andere cleanrooms in Europa om te vragen hoe zij met de situatie omgaan. ‘Onze conclusie: als je ergens wilt zijn tijdens deze crisis, dan is het in de volledig gecontroleerde omgeving van een cleanroom. Na twee weken konden we weer open voor bedrijven. Daarna volgde de openstelling voor corona-gerelateerd onderzoek en vervolgens algemeen onderzoek. Het is allemaal feilloos verlopen.’
Ivoren toren
Het voorbeeld illustreert volgens wetenschappelijk directeur Guus Rijnders dat de UT met het NanoLab een belangrijke rol vervult in de maatschappij. ‘De afhankelijkheid van bedrijven, en dus de regionale economie, is ontzettend groot. Deze maatschappelijke functie beperkt zich niet alleen tot de economie. Zo is er in de crisis belangrijk corona-gerelateerd onderzoek gedaan in het NanoLab door onderzoekers van MESA+. De coronacrisis liet ons heel duidelijk zien welke maatschappelijke rol wij vervullen.’
Deze steeds sterkere betrokkenheid met de samenleving is een ontwikkeling die het instituut de afgelopen dertig jaar doormaakte, vertelt Rijnders. ‘Op de universiteit doen we al lang niet meer alleen fundamenteel georiënteerd werk. Integendeel. Onderzoekers van MESA+ werken aan maatschappelijke vraagstukken op het gebied van ICT, gezondheidszorg en energie.’ Telleman voegt toe: ‘Feitelijk opereren we in vele sleuteltechnologieën.’
‘We combineren fundamenteel onderzoek met onderzoek gericht op societal challenges’
Wetenschappelijk directeur Albert van den Berg beaamt dat onderzoekers van MESA+ al lang geen ‘ivorentorenwetenschappers’ meer zijn. ‘Het is gemengd: we combineren fundamenteel onderzoek met onderzoek gericht op societal challenges. Ik zie het als een verbreding van onze taak. MESA+ heeft op puur inhoudelijk gebied een fantastische reputatie opgebouwd. Kijk alleen maar naar de ERC Grants, Spinozapremies en Stevinprijzen. Deze reputatie kunnen we nu breder inzetten voor uitdagingen uit de maatschappij, zoals de energietransitie. Daarnaast blijft het belangrijk dat we nieuwe, gekke dingen doen. Noem het serendipiteit: iets heel anders vinden dan je zocht. Deze balans blijft belangrijk.’
Foto: Guus Rijnders, Albert van den Berg en Pieter Telleman (beeld: MESA+)
Toekomst
Maatschappelijke impact zal de komende tien jaar alleen nog maar belangrijker worden, verwacht Rijnders. ‘Het zal deels vanzelf gaan: onze nieuwe aanwas wetenschappers, de huidige studenten, denken al na hoe ze met technologie goede dingen kunnen doen. Het zit ingebakken bij de nieuwe studenten. Maar in de toekomst blijft vooral ook onze magneetfunctie voor goede onderzoekers cruciaal. Waarom komen onderzoekers van MIT naar MESA+ in Twente? Dat is een combinatie van de reputatie van het instituut, het NanoLab als faciliteit en de goede onderzoekers die hier werken.’
Uniek
Met deze kennis en reputatie moet MESA+ volgens Rijnders de komende jaren meer naar buiten treden. ‘We mogen in Twente meer onze nek uitsteken. Dingen claimen. Op sommige gebieden zijn we wereldtop en dat moeten we laten zien. De laatste jaren gaat dat al steeds beter met onze centres of expertise, zoals Organ-on-Chip, Quant en BRAINS. Deze centra werken ontzettend motiverend en geven veel zichtbaarheid. Onze hoogleraren zitten niet meer alleen voor zichzelf aan tafel bij de nationale programma’s, maar brengen de expertise van een heel centrum mee. Dat geeft focus en massa.’
Telleman benadrukt tot slot het belang van het NanoLab. ‘We combineren fundamenteel onderzoek met productie op hoog Technology Readiness Level, ofwel hoe ‘klaar’ of volwassen de technologie is. Deze filosofie is uniek. Het is zeker niet de makkelijkste weg. Het kan elkaar bijten. Als een onderzoeker met materialen wil werken die het productieproces van een bedrijf beïnvloeden, dan moeten we in overleg kijken wat er mogelijk is. Uiteindelijk doen we het samen, het gaat om de synergie. Dat blijft de komende jaren een uitdaging.’