New Yorkers verbraken relaties in de lente al massaal om als vrijgezel de zomer in de gaan: ‘Time to break up your pandemic pod’. Wat New York kan, kan Twente tien keer beter. Toch? Krijgen wij ook een Whoring Twente? Een Horny Hogekamp?
Het is mijn tweede jaar bij U-Today en ik zag ergens op een lijstje van hoofdredacteur Maaike Platvoet dat mijn column over seks van 2020 mijn best gelezen column was. Ik wil wel weer clicks genereren voor U-Today. Leuk! Maar waar Carrie Bradshaw uit Sex and the City elke week een column schreef over haar ervaringen met daten en seks, laat mijn liefdesleven zich – snik – samenvatten in een jaarlijkse column.
Daten is voor wetenschappers sowieso awkward. We denken te veel, zijn vaak introvert, bezitten geen flirtknop of fashion sense. Gooi daar nog de werklast in het wetenschappelijk onderwijs, een pandemie, mondkapjes en anderhalvemetermaatregelen overheen en de kansen zijn verkeken. Nu we hebben geapplaudisseerd voor verpleegkundigen, artsen, vakkenvullers en middelbare scholieren, vraag ik een moment stilte voor de vrijgezellen van deze wereld. Met name academische vrijgezellen.
Mensen in relaties mopperden tijdens de pandemie over de vele ruzies als je bij elkaar op de lip zit, maar ze kropen ’s avonds toch maar mooi tegen een warm lijf aan. Hun kans op knuffelen en seks was ongetwijfeld hoger dan de kansen van alleenstaanden. Wij hebben ons anderhalf jaar lang moeten behelpen. Wandeldates waren er wel, maar zoenen? Ho maar. Je moest jezelf en je sociale bubbel veilig houden. Anderhalf jaar waren we verstandig.
Vergeet verstand. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik heb mijn summer of love er eigenlijk al in één date doorheen gejaagd in de lente. Eerst wilde ik wachten met daten tot ik twee vaccinaties had. Maar een paar dagen na de eerste prik, had ik al een datingapp geïnstalleerd, een groen blaadje naar rechts geswipet en een date geritseld. Tot zover mijn coronageduld en deugd. Eenmaal in het echt bleek hij een fijn mens, knap, origineel en in het bezit van woest haar. Precies zoals ik het graag zie. Hij was ook nog eens van de goede kant van de IJssel en klaar voor de zomer.
‘Studeer je nog?’, vroeg ik nog snel als check, want je zal als docent maar per ongeluk een student bij de kladden hebben. Het leek me sterk, want hij zag er gespierd en gebruind uit, inclusief werkhanden met kloofjes. Bepaald geen student die ik doormidden zou kunnen breken of die me aan ging klagen. Hij bleek hovenier. Mondkapjes af! Een paar uur in de anderhalvemillimetersamenleving. De summer of love efficiënt op z’n Twents: d’ran met de lippe.
Morgen is het herfst, lopen de besmettingen weer op en mopper ik op feestende jongeren in Aspen Valley.