Wat doe je precies in Argentinië?
‘Ik loop stage bij een ziekenhuis dat is gespecialiseerd in neurologie: Fleni. Vrijdag is mijn laatste stagedag. Mijn afdeling doet, in samenwerking met de universiteit ITBA, onderzoek naar Parkinsonpatiënten. We testen de hypothese dat het loopgedrag van de patiënten zal verbeteren wanneer het massamiddelpunt van het lichaam iets naar achteren verschuift. Ik heb een hulpmiddel ontwikkeld waarmee ik deze hypothese test in een gaitlab (voor bewegingsonderzoek). Omdat de kwaliteit van leven van de patiënten voor een groot deel bepaald wordt door de mate waarin ze nog kunnen lopen, is het onderzoek erg belangrijk.’
Wat vind je het opvallendste verschil met Nederland?
‘Argentinië kent echt een machocultuur! En dat zie je dagelijks terug. Vrouwen worden bijvoorbeeld altijd voorgelaten bij het openen van een deur. Dat gebeurt mij ook op stage. In het begin was dat wel een beetje apart, aangezien ik steeds voorop liep, maar geen idee had welke kant ik uit moest in dat grote, onbekende ziekenhuis. Ook bijzonder: het is hier heel gewoon om al je kennissen te begroeten met één kus op de wang. Mannen die elkaar goed kennen, hebben dezelfde gewoonte. Dat zie ik in Nederland nog niet zo snel gebeuren.’
Hoe ziet je dagelijks leven eruit?
‘Hoewel er in Argentinië siësta gehouden wordt, geldt dat niet voor Buenos Aires: ik werk gewoon van negen tot vijf. In de avonduren vermaak ik me met chillen in het park of het volgen van een cursus tango dansen of Spaanse les. Ze eten hier pas rond tien uur. Het kostte wat moeite om pas zo laat te eten, maar inmiddels ben ik eraan gewend. De hittegolven helpen wel mee. Met een temperatuur van veertig graden heb je al snel niet zoveel trek meer.
In de weekenden hang ik de toerist uit en dat kan hier heel goed, want Buenos Aires is echt een grote stad met veel mooie plekken. Ook staat de stad bekend om zijn nachtleven: er zijn veel barretjes en clubs. Als je wilt gaan dansen, moet je wel geduld hebben. De clubs gaat niet open voor twee uur 's nachts. Voordat je weer een keer naar buiten stapt is het zo vijf of zes uur in de morgen.'
Wat is het bijzonderste dat je tot nu toe hebt meegemaakt?
‘Tijdens de kerstvakantie heb ik een rondreis van twee weken gemaakt, waarbij ik het noorden van Patagonia heb aangedaan. De mooiste plek was het gebied rond Puerto Madryn. Dé plek om land- en zeedieren te spotten, zoals guanaco’s (lama’s), peludo (gordeldieren), heel veel pinguïns, struisvogels, zeeleeuwen, zeeolifanten en dolfijnen. Pinguïns zijn zulke fascinerende beesten. Je kunt er uren met een lach op je gezicht naar kijken. Maar het meest bijzondere was de ontmoeting met zeeolifanten. Op een afgelegen plek daalden we een klif af om op het kiezelstrand te komen. We konden heel voorzichtig steeds dichterbij de slapende zeeolifanten komen. We waren daar als enige mensen. Ook wel spannend, want de dieren kunnen drie tot vijf meter groot zijn. We waren zachtjes op twee meter afstand gaan zitten, toen een zeeolifant wakker schrok. Hij vond ons blijkbaar nog enger dan wij hem, want hij wist niet hoe snel hij naar het water moest vluchten. Een aantal van zijn vriendjes volgde hem, maar de rest bleef liggen en gaapte ons aan alsof er niets aan de hand was.’
Wat zijn je verdere plannen?
‘Vrijdag loopt mijn stage af, dus ik heb in Buenos Aires niet zoveel tijd meer. Ik wil hier in ieder geval nog een tangoshow bezoeken. Vanaf volgende week ga ik vier weken reizen in Bolivia en in het noorden van Argentinië. Daar kijk ik erg naar uit. Ik ga onder andere naar de beroemde watervallen van de Iguaçu. Heel benieuwd ben ik, want ik heb van veel mensen gehoord hoe indrukwekkend dat is.’