Opgericht: 2003, als bestuurskundig herendispuut, sinds 2008 ook open voor heren van andere opleidingen.
Leden: 42, waarvan 14 actief.
Borrellocatie: De Pimpelaar. De ene week borrelen we daar en de andere week koken we gezamenlijk bij een van ons thuis.
Waar komt jullie naam vandaan en waarom is het opgericht?
Leon: ‘Letterlijk vertaald betekent Directus Calvatus ‘rechtlijnig kaal gaan’, waarbij rechtlijnig voor ons een vrij directe kijk op het leven betekent en kaal gaan kan iedereen zelf wel interpreteren.’
Floris-Jan: ‘Het dispuut is opgericht door bestuurskunde studenten om een band te creëren die ook na de studietijd blijft bestaan. En dat lukte. Veel oprichters en latere lichtingen zijn nog altijd bij de activiteiten betrokken.’
Waar kennen we Directus Calvatus van?
Jelle:‘We geven veel cantussen, voornamelijk tijdens de Kick-In.’
Leon:‘Verder zijn we te herkennen aan onze rood-blauwe truien en dassen, vooral Martijn draagt zijn trui erg vaak!’
Wat zijn typische mores of tradities van Directus Calvatus?
Floris-Jan: ‘Een van de tradities is het stukjes schrijven voor de website, dat zijn vaak stukjes over de afgelopen activiteiten maar ook satirische stukjes over leden.’
Leon: ‘En als je het stukje niet geschreven hebt, moet je op de eerste borrel van de maand bitterballen halen. Het resultaat is vaak dat we dan een enorme schaal bitterballen hebben.’
Leon: ‘Een andere traditie is terug te herleiden naar de oorsprong, de bestuurskundestudenten. Alle benamingen van ons dispuut zijn politiek gerelateerd. De ontgroenings periode heet bijvoorbeeld de ‘campagne’ waarbij de aspirantleden de ‘lijsttrekkers’ zijn. Afgelopen dinsdag (Prinsjesdag, red.) hebben wij onze bestuurswissel gehad en het bestuur heet bij ons ‘kabinet’. Zelf ben ik de ‘Minister President’, oftewel de voorzitter.’
Wat maakt Directus Calvatus bijzonder voor jullie?
Floris-Jan:‘Iedereen zegt wat-ie denkt, zo weet je heel goed wat je aan anderen hebt.’
Leon:‘In principe is een dispuut eigenlijk een kunstmatige vriendengroep, maar bij ons staan de neuzen echt allemaal dezelfde kant op. Ook buiten het dispuut om staan mensen open voor een potje voetbal of om naar een festival te gaan.’
Jelle:‘Het is inderdaad een fijne vriendengroep, je gooit een appje in de lucht en er staat altijd wel iemand voor je klaar. Dat kan ook wel zo z’n nadelen hebben af en toe, want voor je het weet hang je elke avond in de kroeg. Maar we hebben ook al eens meegemaakt dat midden in de nacht het huis van een dispuutsgenoot in brand stond, gelukkig kon hij toen al na een enkel telefoontje met zijn hele huis bij iemand van het dispuut terecht’.’
Martijn: ‘Ook hebben we goede gesprekken naast de gebruikelijke bier-en-tieten-verhalen die ook bij een dispuut horen. We kunnen leuke discussies met elkaar hebben over politieke zaken, maar ook gewoon over voetbal.’