Deze brief is gisteren verstuurd naar bestuurders van de Nederlandse universiteiten. In deze brief worden zorgen geuit over de regeringsplannen, dat universiteiten vanaf 2016 acht jaar lang mogen experimenteren met promotieopleidingen waarin promovendi een studiebeurs in plaats van een salaris krijgen. In het buitenland is deze vorm van promotieonderwijs gebruikelijk, in Nederland nog niet. Eerder spraken verschillende vakbonden en de landelijke promovendiorganisatie PNN zich uit tegen de plannen, nu ligt er dus ook een protestbrief van leden van de universitaire medezeggenschap en van lokale promovendiorganisaties.
Mislukte pogingen
De ondertekenaars van de brief maken zich grote zorgen over het voorstel. Ze verwijzen naar eerdere mislukte pogingen om promotiestudenten in Nederland aan te stellen en waarschuwen dat het experiment niet alleen zal leiden tot slechtere arbeidsvoorwaarden en financiële onzekerheid voor promovendi, maar dat het tevens een verlies van talent zal veroorzaken en de goede reputatie van het onderzoek in Nederland zal schaden. De brief roept de universiteiten op om niet deel te nemen aan het experiment.
Tweedeling
Sarah Janus, voorzitter van P-NUT, hoopt van harte dat de UT dat uiteindelijk ook niet zal doen. ‘De UT is de enige van de drie technische universiteiten die heeft aangegeven om wel deel te willen nemen, dat is toch opvallend.’ Haar grootste persoonlijke bezwaar is vooral de ‘oneerlijkheid van het systeem’. ‘Er zal hierdoor een tweedeling ontstaan tussen onderzoekers, die hetzelfde soort werk doen. Dat valt niet te rijmen’, aldus Janus. De voorzitter wil eerst de landelijke ontwikkelingen afwachten, voordat P-NUT met de UT om tafel gaat om de kwestie te bespreken.