Erg enthousiast was de Uraad niet over het plan van aanpak om het Facilitair Bedrijf, de Eenheid Campus en de HR-afdeling Milieu samen te voegen tot de nieuwe dienst Campus en Huisvesting. ‘We zijn teleurgesteld, omdat we hoge verwachtingen hadden’, begon Julia Brevoord (DAS) de discussie. ‘De meerwaarde van de nieuwe dienst is niet duidelijk.’
Unique selling point
Herman Poorthuis (Campus Coalitie) gebruikte vergelijkbare woorden. ‘Ik heb moeite met de helderheid en concreetheid. Waar willen we naartoe en wat moet de campus nu betekenen voor de UT? Het doel van de nieuwe dienst is om de campus als unique selling point te verwezenlijken. Dan moet je ideeën hebben hoe je dat doet.’
CvB-vicevoorzitter Mirjam Bult pareerde de kritiek. ‘Twee jaar geleden brachten we in kaart welke activiteiten we op de campus hebben en hoe we daar samenhang in kunnen aanbrengen. Nu bespreken we de organisatorische vertaling daarvan. Hoe richten we de dienst in? Dit is een stap richting integratie van campusactiviteiten en een betere dienstverlening waardoor we de campus goed kunnen neerzetten.’
Een ander punt van Uraad-zorgen waren de rechtspositionele gevolgen voor de medewerkers van de drie afdelingen die nu worden samengevoegd. Brevoord: ‘Kunt u toezeggen dat er geen gedwongen ontslagen plaatsvinden?’ Die vraag beantwoordde Bult met een volmondige ja. ‘Er komen geen gedwongen ontslagen.’
Evaluatie of rapportage
De Uraad vroeg nog een andere toezegging van het CvB, een evaluatie van de dienst begin 2019. Dick Meijer (PvdUT): ‘Dat lijkt me een logische vraag. We zijn een heel eind in het proces naar de realisatie van deze nieuwe dienst en wij hebben vanaf het begin gezegd, dat er wel meerwaarde moet zijn. En eigenlijk is die meerwaarde niet aangetoond. Het lijkt erop dat we vandaag schoorvoetend akkoord gaan. Laten we daarom eind 2019 een evaluatie houden.’
Die toezegging wilde Bult niet geven. De nieuwe dienst moet de tijd en ruimte krijgen om goed aan de gang te gaan. ‘Dat wil ik niet doen met een half mandaat en ik wil de druk op de nieuwe organisatie niet te groot maken’, zei ze. ‘Daarom wil ik die evaluatie over twee jaar doen, begin 2020.’
Na een korte schorsing werd een compromis bereikt. De nieuwe dienstraad levert begin 2019 een tussentijdse rapportage. Een jaar later volgt een uitgebreide evaluatie.