De verbeelding is de limiet als het gaat om robotica en artificiële intelligentie (AI), zei UT-professor Jan Broenink, hoofd van de Robotics en Mechatronics-groep, tijdens zijn inleidende lezing. ‘De ruimte is niet de grens, maar slechts de eerste laag.’ Het RoboTeam past volgens hem in de verkenning van die mogelijkheden. ‘Het gaat om cognitie bij robots, bijvoorbeeld de speltactiek. En het gaat om design, kan de robot het ene moment veel druk uitoefenen om bijvoorbeeld te schieten, en het volgende moment buigzaam en zacht zijn?’
Hoge ogen
Het team wil hoge ogen gooien tijdens de RoboCup in Montréal in juni volgend jaar. Een aantal verbeteringen doorgevoerd op de eerste generatie UT-voetbalrobots moet daarvoor zorgen. ‘Een bal-sensor is de eerste innovatie’, legt Steerneman uit. In voetbaltaal: de balbehandeling wordt door die sensor veel beter. ‘De robot weet precies wanneer ‘ie de bal heeft. En kan daarop handelen. Dribbelen met de bal is bijvoorbeeld mogelijk.’
Andere innovatie is de draaibare kicker om te schieten. De eerste voetbalrobots konden alleen recht naar voren schieten. ‘De wendbaarheid maakt ons minder voorspelbaar’, aldus Steerneman. ‘Daarnaast willen we een ‘chipper’ waarmee we over tegenstanders heen kunnen schieten. En we maken de robots modulair. Dat versnelt het doen van reparaties. Die komen er, want er is veel belasting op de robots. Blessures liggen op de loer.’
Machine learning
Tot slot is er de lerende voetbalrobot. Dat zijn robots die autonoom een wedstrijd voetballen, zonder aansturing. Dat doen ze met hulp van behaviour trees die in iedere situatie nagaan wat de beste oplossing is. ‘Maar, we willen een stap verder en richting lerende robots’, zegt Steerneman. ‘Daarvoor is veel data nodig. Dit jaar gaan we oefenen met een robotkeeper en een door ons bestuurde aanvaller. De data die loskomt, laten we analyseren door de computer. Daarmee kan de computer oplossingen bedenken die wij niet kunnen bevroeden. Dit jaar zetten we een eerste stap op dit gebied. We hopen daarmee de weg vrij te maken voor het team na ons.’
