Begin januari kondigde Victor van der Chijs zijn vertrek aan. Niet veel later volgde Mirjam Bult. Kwam dat als verrassing voor de Raad van Toezicht (RvT)?
Anton Schaaf: ‘Nee. Je weet dat er voor de collegeleden een termijn van vier of acht jaar aan hun functie zit. Het is logisch dat ze – zeker in de tweede termijn – ontvankelijk zijn voor nieuwe uitdagingen. Sterker nog: collegeleden zijn dan haast verplicht om erover na te denken. Wij hebben als RvT ook een coachende taak. We praten erover met het college. Het moment waarop je dan daadwerkelijk hoort dat iemand vertrekt, is altijd een verrassing. Maar dát collegeleden vertrekken is een fact of life.’
Binnen één jaar een geheel nieuw college: wat betekent dit voor de continuïteit van de UT?
‘Het is altijd even wennen. Gelukkig is er met Shaping2030 (de visie van de UT, red.) een duidelijke koers, waarvoor binnen de organisatie veel draagvlak is. De huidige collegeleden zijn bovendien nog niet weg. Mirjam vertrekt pas in september. Het moet heel raar lopen willen we dan nog geen nieuwe kandidaat hebben gevonden. Wij vroegen ook aan Mirjam en Tom: redden jullie het tot die tijd met z’n tweeën? Daar konden ze bevestigend op antwoorden. Kortom, het zit wel goed. Vergeet ook niet dat de UT een ‘gedistribueerde’ organisatie is, met verschillende faculteiten en afdelingen, die allemaal hun eigen beslissingen nemen. Het CvB hoeft niet alles af te tekenen en dat is maar goed ook. Daarom maak ik mij geen zorgen over de continuïteit van de UT.’
Zelfs niet tijdens de coronacrisis?
‘Nee, ook nu niet. De coronacrisis is niet specifiek voor de UT. De hele wereld heeft er mee te maken. Er is een mondiale crisis, maar als UT zitten we niet in een crisissituatie.’
Nu begint de zoektocht naar nieuwe collegeleden. Wie zoeken jullie?
‘Dat bespreken we met de BAC (benoemingsadviescommissie, red.), die onlangs is samengesteld. Zij krijgen de opdracht om ‘input’ vanuit hun eigen netwerk op te halen. De BAC gaat in gesprek met haar achterban, en de achterban neemt contact op met de BAC. Daar wordt overigens gretig gebruik van gemaakt. Zowel door mensen op de campus, als daarbuiten.’
Waar kijken jullie in het bijzonder naar?
‘Het profiel is niet enkelvoudig. We stellen niet 35 vaste criteria op. We kijken wel in het bijzonder naar de complementariteit binnen het team. De rector kennen we inmiddels. De vraag wordt dan: passen de nieuwe collegeleden bij elkaar en bij de rector? Vullen ze elkaar aan? Je kijkt naar capaciteiten, persoonlijkheden en interesses. Samen moeten ze de drie musketiers worden. Daarom is er één BAC voor beide vacatures, zowel die van voorzitter als vicevoorzitter, om het goed op elkaar af te stemmen.’
Gaat de voorkeur uit naar een vrouwelijke bestuurder?
‘Het woord voorkeur zou ik niet gebruiken. Het is een aandachtspunt. Laat ik het zo uitdrukken: gender diversity is heel belangrijk in het profiel dat we zoeken. Het is een criterium waar we niet omheen willen, en niet omheen kunnen. Binnen het profiel spreek ik het liefst over accenten. En er zijn een aantal accenten die hoog in onze ranking staan: vrouw, regio en eigen geleding.’
Hoe doe je dat eigenlijk: een nieuw collegelid kiezen?
‘Het is belangrijk dat je met de kandidaten een dialoog aangaat. Uiteindelijk kiezen we een mens. De interviews zijn daarom verschrikkelijk belangrijk. Ik merkte ook dat online daarvoor niet het beste medium is. Achter glas gaat veel verloren. Daarom doen we de uiteindelijke gesprekken in de Vleugel.’
Wanneer zien we witte rook uit de Vleugel komen?
‘Het proces duurt meestal vier tot zes maanden. Voor de zomer zou moeten lukken. Althans, daar hoop ik op.’