Nederlandse docenten besteden nu gemiddeld twee maanden per jaar langer aan onderwijs dan hun collega’s in het buitenland, zo staat in het rapport van De Jonge Akademie dat begin deze week verscheen.
Daar moet verandering in komen, is de conclusie, want: onderzoek en andere kerntaken komen in het gedrang door het vele doceren en toetsen. Studenten en docenten ervaren bovendien een zeer hoge werkdruk in het academisch jaar dat tussen september en juli nauwelijks rustmomenten kent.
Onderwijsvrije periodes
Hoe moet het dan wel? Het aantal onderwijs- en toetsweken moet omlaag, de onderwijsvrije periodes moeten streng bewaakt worden en de onderwijskalender flexibeler ingericht.
Dat laatste beveelt De Jonge Akademie aan omdat het ene vakgebied het andere niet is: vooral bèta-studies profiteren van meer onderwijsweken doordat er bijvoorbeeld praktisch onderzoekswerk in het laboratorium gedaan kan worden.
Als er minder onderwijsweken zijn, krijgen studenten volgens De Jonge Akademie ook nog eens meer autonomie in hun studie. Kortom, een hoop voordelen, denken de schrijvers van het rapport.
Risico’s
Maar het ComeniusNetwerk van docenten, die zich toeleggen op de vernieuwing van het hoger onderwijs, is nog niet overtuigd van de plannen. Inderdaad, er moet wat aan de werkdruk in het hoger onderwijs gebeuren, vinden ze daar, maar het zomaar inkorten van het academisch jaar is te risicovol.
Het is volgens co-voorzitter Marion Tillema wel mogelijk om dezelfde – of liever nog, betere – onderwijskwaliteit in minder tijd te leveren. Maar daar is volgens haar eerst een grondige herziening van het onderwijssysteem voor nodig. 'Het huidige systeem staat al onder druk, dus we vinden onderwijstijd schrappen nu een te groot risico voor de kwaliteit van het onderwijs', zegt Tillema.
De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) zet vergelijkbare vraagtekens bij de plannen. 'Het is mooi als het de werkdruk verlaagt, maar het is riskant als je hetzelfde wil doen in minder tijd', zegt voorzitter Ama Boahene. Het helpt misschien wel om minder te toetsen en daardoor tijd te besparen. 'Maar het vraagt wel een grondige herziening van de opleidingen.'
En het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) benadrukt dat zulke plannen niet uit financiële overwegingen gemaakt moeten worden. 'Maar we kunnen het er wel over hebben', aldus voorzitter Lisanne de Roos.
Serieus bespreken
De Vereniging van Nederlandse Universiteiten is positiever. Voorzitter Pieter Duisenberg wil het voorstel 'serieus bespreken' met De Jonge Academie. Ook de Vereniging Hogescholen ziet dat er een hoge werkdruk is bij docenten en onderzoekers en wil het voorstel 'met belangstelling' bekijken.
Het meeste enthousiasme komt van de Algemene Onderwijsbond (AOb). Die is 'geheel voor' en noemt het 'een geweldig middel om de werkdruk te verlagen'. Er kan volgens de bond best meer gebruik gemaakt worden van digitaal en zelfstandig onderwijs.
Een korter studiejaar kan wat betreft de AOb ook in het hbo helpen tegen de hoge werkdruk, al geldt daar minder dat onderwijstijd direct ten koste gaat van onderzoek. De bond hoopt dat er een vervolgonderzoek komt.