De UT heeft sinds 2016 een contract met de Russische leverancier. Via een Europese aanbesteding kwam Gazprom Energy voor de UT zowel in 2016 als 2019 als beste uit de bus. De Russische gasproducent heeft een verkoopkantoor in Den Bosch dat voldoet aan alle Europese voorwaarden, vertelt Ray Klumpert van de dienst Campus & Facility Management (CFM). ‘Het kantoor in Den Bosch handelt alleen in energie. Maar ik ga ervan uit dat het daadwerkelijke gas voor honderd procent afkomstig is van het Russische moederbedrijf en dus uit Rusland.’
update 14/3/2022
Gazprom Energy laat naar aanleiding van dit artikel weten dat ze – net als andere inkopers – gas inslaan op de groothandelsmarkt (TTF). Het gas dat de universiteit krijgt is een Nederlandse gasmix en daarmee niet voor honderd procent afkomstig uit Rusland, aldus Gazprom Energy.
Het gascontract met Gazprom geldt tot en met 2022 met een optie op het jaar 2023. Naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne heeft het CvB aan CFM gevraagd of de universiteit het contract eventueel kan beëindigen, zegt Klumpert. ‘Maar we kunnen het naar mijn mening niet zomaar opzeggen, dat is juridisch niet haalbaar. Het zou bovendien een grote afkoopsom opleveren. En nog erger: we moeten opnieuw gas inkopen op de markt. Op dit moment is het gas twaalf keer zo duur als in ons huidige contract. Dat kost de UT al gauw tien miljoen euro extra. Ook is het gas bij een nieuw contract alsnog voor 40 procent afkomstig uit Rusland door de Europese gas-mix.’
Daarom adviseerde Klumpert aan het CvB om pas in 2023 te stoppen met Gazprom. ‘In de nieuwe aanbesteding kunnen we beter rekening houden met de herkomst van het gas. We gaan zeker proberen om het vanaf 2023 zonder Gazprom in te vullen.’ Daarbovenop komt de vraag of de Russen de gaskraan binnenkort niet helemaal dichtdraaien. ‘Maar daar moet op nationaal niveau over worden nagedacht, dat kunnen wij als universiteit niet oplossen. Wij blijven als UT wel sturen op vermindering van gasverbruik.’
Opvallend genoeg wordt in het overgrote deel van de gebouwen op de UT niet of nauwelijks gas gebruikt voor de verwarming. De gebouwen zijn aangesloten op het warmtenet van Ennatuurlijk, ook wel de stadsverwarming genoemd. Het gasverbruik van de universiteit komt voornamelijk door de luchtbevochtiging van laboratoriums, legt Klumpert uit. ‘Dit gebeurt met stoomketels en daarbij wordt heel wat gas verstookt. Overigens zijn ook de kosten voor de stadsverwarming, die draait op bio-energie, enorm gestegen. De warmtekosten zijn namelijk gekoppeld aan de gasprijzen. Dit ziet er financieel niet gunstig uit voor de UT.’