Het aanbod in de Appèl-locaties verandert niet en de vegetarische standaard geldt alleen voor lunches die ter plekke worden besteld. Geeft een klant toch de voorkeur aan een vleesgerecht, dan bestaat het beleg voor de helft uit vlees en voor de helft uit vegetarisch beleg, net als bij de huidige standaardlunch. De keuzevrijheid blijft op die manier behouden.
Naast dat vegetarische varianten een kleinere CO2-voetafdruk achterlaten, is het land- en watergebruik van vegetarisch eten lager. De UT wil de CO2-voetafdruk van voedsel met vijftien procent verlagen in 2023 en met vijftig procent in 2030. De ‘omgekeerde norm’ bestaat al bij andere Nederlandse universiteiten en (semi)-overheidsorganisaties.