Om maar direct met de hoofdvraag te beginnen: wat is het belang van medezeggenschap?
‘In feite draait alles om transparantie van besluitvorming. Kijk, jaarlijks wordt er grofweg 350 miljoen euro aan overheidsgeld omgezet op deze universiteit. Transparantie van besluitvorming betekent dat je de discussie aangaat en de vraag stelt: waarom besteed je dit geld op deze manier? Die discussie moet je voeren op centraal en decentraal niveau. Een beslissing, op welk vlak die ook gemaakt wordt, moet begrijpelijk, navolgbaar en in het belang van de universiteit zijn.’
special medezeggenschap
In opdracht van de UT-medezeggenschap maakte U-Today een magazine vol verhalen over studenten en medewerkers die meedenken en -beslissen over het beleid op de Universiteit Twente. Het hele magazine is hier digitaal te lezen.
Je bent sinds jaar en dag voorzitter van de universiteitsraad op de UT. Hoe geef je volgens jou het beste invulling aan de medezeggenschap?
‘Medezeggenschap is in zekere zin meebesluiten. Dat kun je op verschillende manieren invullen. Je kunt als raad zeggen tegen een college van bestuur: geef jullie besluit aan ons en we gaan in een kamertje zitten en ons zegje doen. Dat is een bode voor ongeluk. Ik ben tot het inzicht gekomen dat het beter werkt om in een vroeg stadium in gesprek te gaan en inzichten uit te wisselen. Zo krijg je de best mogelijke besluitvorming.’
Zonder wrijving geen glans, zegt men weleens. Is het niet gezond om eens te botsen?
‘Een botsing op z’n tijd kan gezond zijn, maar constant clashen kan contraproductief gaan werken. We hadden bijvoorbeeld bij de moeizame discussie afgelopen december over de begroting een vlijmscherp besluit kunnen formuleren richting het college van bestuur: jullie gaan akkoord met onze eisen, of we stemmen er niet mee in. Dat hebben we bewust niet gedaan, maar we hebben wel gezegd: hier moeten we naartoe. Zonder de discussie op de spits te drijven, hebben we wel een stok achter de deur gekregen. Je kunt wel nee zeggen tegen een plan, maar dan moet dat te allen tijde verdedigbaar zijn. Anders schaadt dat de vertrouwensrelatie. En vertrouwen is het allerbelangrijkst.
Je kunt als medezeggenschap tal van bevoegdheden hebben, maar heb je dan ook invloed? Invloed hebben draait om vertrouwen in elkaar, dat de juiste informatie op tijd wordt gedeeld. Ik heb weleens gezegd dat je door goede medezeggenschap goed bestuur krijgt. En goed bestuur verdient goede medezeggenschap. Dus moet je elkaar voeden.’
Op welke manier?
‘Ik kan me nog herinneren dat we een kleine tien jaar geleden een stuk ontvingen over iets dat een faculteit aanging. Diezelfde faculteit kreeg parallel daaraan een stuk met een andere inhoud. Je begrijpt uiteraard dat dit spanning oplevert. We hebben met het college van bestuur een gesprek gevoerd met de benen op tafel, met als uitkomst dat we vroegtijdiger en nadrukkelijker betrokken worden in de besluitvorming. Ik vind het prijzenswaardig dat het college van bestuur die stap zette. Uiteindelijk draait vertrouwen er ook om dat als je eenmaal in een negatieve spiraal komt, je die weet te doorbreken.’
'Ik vind dat iedereen op z’n minst mag weten hoe een raadslid erin staat'
Dat is gelukt?
‘Het werkt beter sindsdien. Een goed voorbeeld daarvan was het opzetten van een prestigieus Max Planck Center op de UT in 2017. We werden vroegtijdig betrokken in het besluit en de beweegredenen, waardoor de uiteindelijke discussie heel snel is gegaan.’
Belandt er dan niet meer achter gesloten deuren?
‘Dat is een balans vinden in wat het zwaarst weegt: volledige transparantie of goede besluitvorming. Die zijn niet zo gemakkelijk los te zien van elkaar. Als voorzitter moet ik vooral zorgen dat er voldoende gelegenheid voor de juiste discussie is geweest, voordat een besluit wordt genomen. Ik vind wel dat iedereen op z’n minst mag weten hoe een raadslid erin staat. Je bent als universiteitsvegenwoordiger gekozen, dus mensen hebben het recht om te weten of je ergens voor of tegen stemt.’
Wat is nu de staat van de Drienerlose democratie? Kan het volksvertegenwoordiger-aspect verbeterd worden?
‘Het is goed, maar het kan beter. We hebben in Twente een unieke constellatie met een medezeggenschap die bestaat uit zowel studenten als medewerkers, die aan dezelfde tafel overleggen en goed naar elkaar luisteren. En iedereen op de UT kan stemmen en zich verkiesbaar stellen. Maar echt politiek bedrijven, dat is het niet. Net als het college van bestuur denken we na over het belang van de UT. Ten opzichte van andere universiteiten hebben we vrij hoge opkomstpercentages, dat versterkt het gevoel van volksvertegenwoordiging. Bovendien proberen we in een raad een zo pluriform mogelijke afspiegeling te hebben van de UT-gemeenschap, om zodoende belangrijke geluiden en problemen te signaleren en agenderen. Ja, dat gaat zeker goed, maar het kan altijd beter.’