De sfeer is opgetogen. De studenten hebben in een parkje vlakbij Utrecht Centraal een podium neergezet. Meer en meer studenten voegen zich bij de demonstratie, maar er zijn ook jonge onderzoekers en oudere docenten bij.
Ook een Hongaarse postdoc doet mee. In zijn eigen land is de vrijheid sterk beknot en de Hongaarse leider Orban is een voorbeeld voor Wilders. “Het ging met kleine stapjes”, zegt hij, ‘en hier kan het ook gebeuren.’
Daar lijken anderen ook bezorgd om. Er klinken allerlei bekende slogans (‘Vecht, vecht, vecht, onderwijs is een recht!’), maar daar komt deze keer iets bij: het recht om te demonstreren. ‘This is what democracy looks like!’, klinkt het, en ook: ‘The people united will never be defeated!’
Geen begrip
Niemand heeft hier begrip voor de beslissing van de vakbonden om het protest in Utrecht af te gelasten wegens mogelijk geweld van pro-Palestijnse demonstranten. Van wie komt het geweld nu eigenlijk, vragen ze zich af, is dat niet eerder van de politie die demonstraties uiteenslaat en van Israël zelf? ‘Free, free Palestine!’, klinkt het. Anderen houden protestbordjes omhoog met teksten als ‘Geen bommen maar boeken’.
Op zijn minst hadden de vakbonden de burgemeester tot een beslissing moeten dwingen, vinden ze. Laat haar het verbod maar uitvaardigen. De vakbonden zouden zelf niet aan ‘antidemocratische tactieken’ moeten meewerken. Iemand van het FNV-ledenparlement zegt op het podium ronduit sorry.
Klassenstrijd
Bezuinigen op onderwijs en miljarden aan het leger uitgeven? Het stuit hier op onbegrip. De communistische jongeren, ook van de partij, menen dat de overheid alleen maar aan de kant van het kapitaal staat. “Studentenstrijd is klassenstrijd!”
Voorzitter Abdelkader Karbache van de Landelijke Studentenvakbond staat in het publiek. Die relschoppers waar de gemeente bang voor was? ‘Die kwamen niet uit de academische gemeenschap’, zegt hij. ‘En blijkbaar is het nu opeens veilig genoeg.’
Dan stapt Karbache het podium op. Hij is trots op iedereen die toch is gekomen, zegt hij. Belachelijk dat het werd afgelast om de dreiging van geweld. ‘Dan kun je nooit meer demonstreren en dat pikken we niet.’ Om iets te veranderen heb je de studentenvakbonden nodig, zegt hij. ‘Wil je wat betekenen in Nederland, word godverdomme lid van een studentenvakbond!’ Hij krijgt luid applaus.
Mars
De menigte zet zich in beweging voor een mars door Utrecht. Het gebeurt vreedzaam. En langzaam. De stoet komt aanvankelijk bijna niet vooruit. De demonstranten maken een rondje door het centrum, langs de Dom, en dan zullen ze weer bij het parkje terugkomen. De eerste demonstranten houden het voor gezien, maar velen blijven scanderen alsof ze er nog maar net zijn.