Wanneer ben je begonnen op de UT?
‘In 2008 als projectadministrateur bij de faculteit CTW. In 2012 maakte ik de overstap naar ITC, waar ik coördinator projecten werd. Sinds juni 2016 heb ik deze functie. Hier mag ik leidinggeven aan een groep van twaalf mensen, een mooie mix van UT-tijgers en vers bloed.’
Wat zijn je professionele uitdagingen?
‘We hebben zo’n twaalf mensen op financiën bij TNW. Mijn uitdaging: zorgen dat collega’s het beste uit hun werk halen. Echt leiding geven hoef ik niet, het is een zelfsturende club. Als er een vraagstuk op tafel komt, dan komen de ideeën vanzelf. Maar we hebben natuurlijk ambitie: in 2018 willen we nog meer de vakgroepen in om te horen wat er speelt en advies geven, meer dan we nu doen.’
Hoe ga je dat vormgeven?
‘Ik vergelijk onze functie wel eens met de Formule 1. De wetenschappers zijn de coureurs, zij worden in stelling gebracht om een topprestatie te leveren. Wij staan in de pitstraat en zorgen dat alle omstandigheden goed zijn. Dat vergt verantwoordelijkheid aan beide kanten. Wij staan klaar om de banden te vervangen, maar de coureur moet ook op precies de juiste plek en het juiste moment stilstaan. Dat vraagt om een goed ingespeeld team. Als wij die ondersteunende rol goed willen invullen, dan moeten we de mensen in de vakgroepen kennen en weten wat er speelt.’
Wilde je altijd al met cijfers werken?
‘Nou nee, niet persé. En nog steeds niet, ik ben geen ouderwetse boekhouder. Natuurlijk weet ik wat ik doe en ben ik zorgvuldig. Maar ik geniet vooral van de advieskant van financiën. Aan anderen duidelijk maken waarom iets moet gebeuren, hoe je de cijfers moet lezen. Die communicatieve kant wordt in mijn vak steeds belangrijker.’
Wat voor student was je?
‘Een kortstondige! Na het gymnasium heb ik een half jaar gestudeerd, bestuurskunde aan de UT. Maar ik zag al snel dat de studie niets voor mij was. Te theoretisch, terwijl ik graag bezig ben. Het resterende half jaar werkte ik in het magazijn bij Dirksen in Almelo. Daar ben ik blijven hangen, vond het leuk en kreeg de kans om in de avonduren de HEAO te doen. Gaandeweg heb ik stapjes gezet, tot deze baan. Maar nog steeds geldt dat ik niet te lang stil moet zitten. Doe mij maar een flinke portie praktijk en niet alleen theorie.’
Van gymnasium, UT naar magazijn, geen teleurstelling voor je ouders?
‘Helemaal niet. Ze stonden achter mijn keuze, zagen ook dat ik mijn beslissingen niet over één nacht ijs nam.’
Heb je een rolmodel? Wie vind je inspirerend?
‘Da’s een lastige vraag. Laat ik voetbalclub Heracles zeggen. Een kleine club die het goed doet. Vooral ook door financieel beleid, geen gekke uitspattingen, maar voorzichtig. Ik hou van voetbal, keepte op redelijk niveau en zaalvoetbal op de UT met de Old Stars. Af en toe ga ik naar Heracles.’
Wat heb je gisteren gegeten?
‘Een ovenschotel met broccoli en spinazie. We hebben een vast kookritme. Mijn vrouw is onderwijzer en werkt donderdag en vrijdag. Dan kook ik en meestal ook in het weekeinde. Goed eten vinden we belangrijk, geen pakjes en zakjes, maar pure producten. En ’s ochtends ontbijten we samen. Ik sta om 5.45 uur op, zodat ik even rustig de krant kan lezen en dan dek ik de tafel.’
Wat doe je ter ontspanning?
‘Ik werk vier dagen, wil tijd overhouden voor andere dingen. Het belangrijkste is mijn gezin, ik woon met mijn vrouw Franciska en kinderen Annerieke (10), Rosanne (8) en David (6) in Wierden. Mijn maatschappelijke betrokkenheid uit ik in de lokale politiek, bij de ChristenUnie. Ik ben verkiesbaar bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart. De partij past bij mij. Niet te opdringerig en met een sociaal en groen gezicht. Daarnaast speel ik orgel, dat is een hobby. En wel iets meer dan dat. Zondags speel ik tijdens de dienst in de Nederlands-Hervormde kerk.’
Het orgel, dat hoor je niet vaak…
‘Ik kom uit een kerkelijk gezin en van jongs af aan was ik gefascineerd door het instrument. Toen ik acht was, kwam de keuze: piano of orgel. Dat was niet moeilijk. Ik geniet van klassiek, zowel om te spelen als om te luisteren. Bach, Mendelssohn, Mozart. Zeg maar de Radio 4 muziek, niet té licht, maar ook niet altijd zwaar. In mijn werk zit ook creativiteit, maar in het muziek maken vind ik iets anders. Ik geniet ervan dat ik met het muzikale talent mensen kan raken.’