Hoe lang werk je al op de UT?
‘Sinds de zomer van 2019. Eerst in een interimfunctie als communicatieadviseur bij faculteiten TNW en BMS. Dat beviel toen van beide kanten zo goed dat ik gevraagd werd om in dienst te komen vanaf januari 2020. Ik wilde graag bij TNW blijven en begon daarnaast een dag per week bij MESA+. Toen de behoefte aan communicatieondersteuning bij zowel TNW als MESA+ toenam, heb ik de overstap naar MESA+ gemaakt.’
MESA+ dus?
‘Ja, de lijntjes zijn heel kort en het tempo ligt lekker hoog. Het is hier laagdrempelig, je loopt makkelijk binnen bij collega's en is er een goed idee? Gelijk schouders eronder en gaan. Een overleg komt wel als het echt nodig is. Heerlijk, want ik wil gelijk in de actiestand, zonder oponthoud door teveel overleggen.’
Waar maakt je werk leuk?
‘Sowieso de gezelligheid hier bij MESA+ en het NanoLab. Het is een cultuur van niet lullen, maar poetsen. Wij gáán gewoon. Vorig jaar hadden we het idee om een symposium Quantum for Dummies te houden en dat te koppelen aan de oratie van Pepijn Pinkse. Dat kregen we binnen een paar weken tijd rond, met een volle zaal en enthousiaste geluiden tot gevolg. Dat is het fijne van werken hier, je krijgt het vertrouwen dat je je eigen functie goed uitoefent en daardoor als team mooie dingen neerzet. Dat kan prima zonder extra overleggen, aparte werkgroepjes, prioriteitenlijstjes en noem maar op – die zijn er al te veel op de UT. Officieel heb ik een dubbele aanstelling bij zowel MESA+ als Marketing & Communicatie. Maar werken in de Spiegel doe ik niet. Daar krijg je niets mee van het onderwijs en onderzoek. Iedereen zou vaker op de ‘werkvloer’ moeten zijn. Hier gebeurt het.’
Waar houd je je momenteel mee bezig?
‘We willen vanuit MESA+ en het NanoLab talenten in de regio enthousiasmeren voor de wetenschap. Hier zijn al heel leuke plannen voor en met de komst van het Beethovenproject hopen we deze te realiseren. Ook ben ik bezig met plannen voor een dubbel jubileum; volgend jaar bestaat MESA+ 25 jaar en het NanoLab twintig jaar. Daarnaast houd ik mij bezig met bijvoorbeeld de centres van MESA+ en een nieuw te bouwen website gekoppeld aan een informatiesysteem voor NanoLabNL, het landelijke consortium van alle cleanrooms waarvan MESA+ het programmabureau voert.’
En buiten werk?
‘Over drie weken sta ik aan de start van een halve IronMan: twee kilometer zwemmen in open water, negentig kilometer fietsen en een halve marathon lopen. Het is nu een kwestie van niet ziek worden of een blessure oplopen. Het wordt natuurlijk afzien, maar ik heb er ontzettend veel zin in.’
Is de triatlon al langer je passie?
‘Ik heb altijd gevolleybald, maar scheurde in 2022 mijn binnenste en buitenste enkelband waardoor dat destijds niet meer ging. Ik fietste en liep wel eens, maar niet zo fanatiek. Aangezien ik een doel nodig heb, bedacht ik mij vorig jaar een halve IronMan te doen. Maar door een aanrijding ging daar een streep door.’
Wat gebeurde er?
‘Tijdens het wielrennen ben ik aangereden door een automobilist die de binnenbocht nam. Ik kon nog uitwijken de berm in, maar werd toch geraakt. In eerste instantie leek het vooral om flink wat kneuzingen en schaafwonden te gaan en dacht ik dat mijn fiets er erger aan toe was. Maar na twee weken - toen blijkbaar de adrenaline was uitgewerkt - merkte ik pas dat het slecht ging.’
Uiteindelijk wel weer snel hersteld?
‘Niet bepaald snel. Ik had veel gekneusd, maar niks gebroken. Twee weken na het ongeluk, toen ik hier in het NanoLab zat te werken, kon ik ineens geluiden niet meer verdragen. Lastig uit te leggen wat er gebeurde, maar ik dacht: ‘ik moet nú naar huis’. Een paar dagen laten ging mijn zicht achteruit. Ik zag niet meer scherp en kon geen daglicht verdragen. Ik bleek toch een hersenschudding te hebben, die dus genegeerd was. Een week lang lag ik in een donkere kamer en daarna moesten alle prikkels weer langzaamaan opgebouwd worden. Vervolgens was het een lang herstel van een half jaar, maar gelukkig werd ik heel goed begeleid door collega’s en de bedrijfsarts. Sinds november ben ik weer fulltime op kantoor aan het werk.’
Waar woon je?
‘In Holten, geboren en getogen. Ik heb er sinds vorig jaar een eigen huis. Het was een onbewoonbaar klushuis dat al twee jaar leeg stond; alles moest eraan gebeuren. Samen met mijn vader heb ik in de avonden en weekenden geklust. Het is nu zo goed als af. Zonder hem was het nooit gelukt.’
Waar kan je jou ’s nachts voor wakker maken?
‘De collega’s die mij een beetje kennen, die weten dit: een broodje kroket. We aten hier bij MESA+ wel eens samen een kroket tijdens de lunch op maandag, maar dat doen we niet meer sinds de bezuinigingen. Daar houden we ons natuurlijk aan, maar soms mis je het wel.’
Wat vind je belangrijk in het leven?
‘Lol hebben. Zoals een weekendje weg met vriendinnen, een wijntje drinken en spontane dingen doen. Ik heb me deze week last minute nog ingeschreven voor de Nijmeegse vierdaagse met een vriendin. Geen idee hoe het gaat, maar dat zie ik dan wel. Ook op je werk moet je lol hebben. Ik houd er niet van als alles zo zakelijk en formeel is. Je moet met elkaar kunnen lachen op de werkvloer.’
Tot slot, als je voor een dag collegevoorzitter zou zijn, wat zou je veranderen?
‘Werkgroepjes en prioriteitenlijstjes verminderen en de (kroketten)lunch herinvoeren! Nee, wat serieuzer: ik zou iedereen die in de centraal werkt laten meedraaien binnen een faculteit of instituut; een soort stage. Je moet het onderwijs en onderzoek van dichtbij meemaken, pas dan weet je hoe het werkt – en bovenal: waar de ondersteuningsbehoefte zit en hoe je deze het beste kunt geven. Want wat de UT de UT maakt, zit niet in de Spiegel. Dat zit in de labs, bij de vakgroepen, in de collegezalen en de lucht van frikandelbroodjes in de Homebasés van studieverenigingen. Daar gebeurt het!’