Wereld van begrip te winnen

| Peter de Vries

Mens en technologie zijn de spreekwoordelijke zijden van dezelfde medaille, constateert Peter de Vries, universitair docent van de vakgroep Conflict, Risico en Veiligheid. Hij heeft zowel een technische als sociaal-wetenschappelijke achtergrond. De bèta's en de gedragswetenschappers van de UT kunnen veel aan elkaar hebben, schrijft hij in onderstaand opinieverhaal dat werd gepubliceerd in UT Nieuws Magazine.

Photo by: Arjan Reef

Mens en technologie zijn de spreekwoordelijke zijden van dezelfde medaille. Dat was al zo toen in het verre verleden Neanderthalers hier de scepter zwaaiden. Maar ook in ons huidige dagelijks leven speelt de mens-technologie-interactie een belangrijke rol. Technische en gedragswetenschappen aan de UT kunnen daarom veel aan elkaar hebben. Een scherp technologisch profiel in een sociaal-maatschappelijke context - waar wachten we nog op?

Kortgeleden berichtte de Tubantia over interessante bodemvondsten in het Dinkeldal. Tientallen vuurstenen bijlen en schrapers, en een enkele bewerkte mammoetrib, toonden aan dat er al zo’n 44.000 jaar geleden Neanderthalers rondliepen in dit deel van West Europa. Een 'uiterst spannende vondst', aldus de betrokken amateurarcheologen ('Neanderthalervondst in grensgebied', Tubantia.nl, 31 oktober).

Nu was Twente in die tijd een minder vriendelijke omgeving dan tegenwoordig. Er was sprake van een ijstijdperiode, het Weichselien, en de natuurlijke omgeving van deze vroege mensachtige was bevolkt met dieren met tanden, klauwen en honger. Het is dan ook niet moeilijk voor te stellen dat de gevonden werktuigen een essentiële rol in het bestaan van de Neanderthalers en hun directe opvolgers vervulden. Zonder deze technologie, waarmee beschutting, kleding, voedsel en wapens konden worden vervaardigd, was leven in deze barre streken simpelweg niet mogelijk.

Vele technologische ontwikkelingen tezamen hebben de wereld van vandaag mogelijk gemaakt. Bood het Nederland ten tijde van de Oude Steentijd slechts plaats aan een beperkt aantal kleine groepen jagers-verzamelaars, de ontwikkeling van de landbouw in de Nieuwe Steentijd zorgde ervoor dat de mensheid sterk in aantal kon toenemen - in het gebied dat nu Nederland heet met ruwweg het 2000-voudige. Goedkope productie van auto’s maakte mensen mobiel, en stelde hen in staat werk te zoeken buiten de eigen woonomgeving. En dankzij Internet is onze blik op de wereld verruimd, en weten we soms meer over het dagelijks leven van iemand aan de andere kant van de wereld dan van mensen die we op straat tegenkomen.

De ontwikkeling van de mensheid is onlosmakelijk verbonden met technologie. Maar de interactie tussen technologie en de mens speelt ook in ons huidige dagelijks leven een belangrijke rol. De introductie van technologie blijkt soms namelijk onverwachte effecten te hebben op cognitie en gedrag, wat op hun beurt in sterke mate van invloed is op het succes van diezelfde technologie.

Off the grid

Een alledaags voorbeeld is de mobiele telefoon. Wie geboren is in een tijd dat telefoons een draaischijf hadden en met kabels aan de muur vastzaten, heeft kunnen constateren dat het maken van afspraken veranderd is. Onderweg zijn naar een afgesproken plek betekende in het pre-mobiele tijdperk dat men enige tijd 'off the grid' was. Dit maakte het noodzakelijk om heel precieze afspraken te maken om met vrienden een biertje te kunnen gaan drinken: 'Om 19.00 uur, onder het Blauwe Bord op Utrecht Centraal'. De komst van de mobiele telefoon maakte dat overbodig – het volstaat sindsdien om 'omstreeks 19.00 uur' in Utrecht af te spreken op een niet nader omschreven plek (tot frustratie van hen die enigszins achterbleven in de adoptie van de mobiele telefoon). Discussies met vrienden zijn veel effectiever te beslechten doordat Wikipedia met de smart phone onder handbereik is, en essentiële feiten snel opgezocht en gecontroleerd kunnen worden. Samen op een terras zitten zal nooit meer hetzelfde zijn – menig gezellig samenzijn kenmerkt zich door het gebogen over een schermpje zitten van ieder van de aanwezigen. En organisatoren van publieksevenementen maken dankbaar gebruik van mobiele telefonie om te communiceren met bezoekers, maar worden tegelijkertijd gedwongen om in hun communicatie in te spelen op, en te concurreren met de informatie die zelfredzame bezoekers zelf met hun smart phones opdiepen.

Reboundeffect

Een ander voorbeeld betreft energiebesparende technologie. Berucht in deze context is het zogenaamde Reboundeffect; kort gezegd behelst dit effect dat introductie van energiebesparende technologie leidt tot een gedragsverandering bij gebruikers, waardoor het besparingspotentieel niet wordt gehaald. Mensen die gloeilampen vervangen door spaarlampen of ledverlichting vertonen nogal eens de neiging die vervolgens langer te laten branden, waardoor een flink deel van de verwachtte besparing teniet wordt gedaan. Evenzo leidt de aanschaf van een zuiniger auto er vervolgens toe dat velen meer kilometers gaan rijden – bijvoorbeeld om kleine boodschappen te doen, terwijl men voorheen de fiets gebruikte. Ook bij verkeersveiligheid speelt het Reboundeffect naar verluidt een rol: wie een veiliger auto aanschaft, loopt de kans vervolgens roekelozer te gaan rijden (een Britse grap luidt: 'Wat is het verschil tussen een Volvo en een egel?' – 'With a Volvo the pricks are on the inside...').

Vaak wordt het onverwachte gedrag van gebruikers of burgers afgedaan als een vorm van irrationaliteit, en op het eerste gezicht is dat wellicht ook niet verbazingwekkend. Want hoe is het te verklaren dat men uit milieuoverwegingen wel spaarlampen aanschaft , maar er vervolgens op een inefficiënte manier mee omspringt? Of dat men overstapt op een zuiniger auto, maar deze vervolgens vaker gebruikt? En waarom draagt men duurzame energiebronnen in Nederland in het algemeen een warm hart toe, maar gaan de hakken in het zand zodra er een windmolenpark in de buurt uit de grond gestampt gaat worden?

Maar het berustend accepteren van irrationaliteit is wetenschappelijke luiheid, en bovendien vaak onnodig. Wie geen oog heeft voor de menselijke kant, zal zich inderdaad geen raad weten met de weerstand die windenergieprojecten kunnen oproepen bij omwonenden – daar heb je weer van die lastige, irrationele burgers. Wie iets verder kijkt, zal hopelijk beseffen dat sociaalwetenschappelijke inzichten kunnen helpen dit probleem hanteerbaar te maken. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat mensen best bereid zijn een windmolen in hun omgeving te dulden als tegenover de nadelen daarvan (zoals horizonvervuiling) ook enige voordelen geplaatst kunnen worden – werkgelegenheid, vergoedingen, enz. Ook de huidige discussie over schaliegasboringen is losgezongen van de strikt technische parameters en overwegingen. Niet alleen gaan mensen vaak anders om met risico’s die aan dergelijke ondernemingen verbonden zijn dan 'experts' en de overheid denken, ook hier is sprake van het gevoel dat lokale gemeenschappen opdraaien voor lasten terwijl ze er geen lusten voor terug krijgen. En ook het gevoel als landsdeel een ondergeschoven kindje te zijn – iets dat in het oosten, zuiden en noorden van ons land nu eenmaal veel voorkomt - zou wel eens een belangrijke rol kunnen spelen. Veel mensen voelen dat ze iets opgedrongen krijgen door politici die alleen Randstedelijke belangen behartigen en normaal gesproken met geen stok buiten de Randstad zijn te krijgen. Het is gemakkelijk dit aan irrationaliteit toe te schrijven, maar je kunt maar beter proberen hiermee om te gaan. Wat betreft wederzijds begrip en communicatie is hier nog een wereld te winnen - gedragswetenschappers, eat your heart out!

Wisselwerking

De wisselwerking tussen mens en technologie kent vele facetten, en dat zal in het Weichselien niet anders zijn geweest. 44.000 jaar later staat in het gebied van de Neanderthalervondsten een universiteit die 'High Tech, Human Touch' als motto voert. Het straalt uit dat we ons bewust zijn van de rijkheid van deze wisselwerking, en dat we daarom 'disciplinaire verzuiling' moeten proberen te ontstijgen. Er is wat dat betreft nog veel te winnen, maar er is er ook veel bereikt: er worden over de faculteitsgrenzen heen allerlei interessante kruisverbanden tussen technologie enerzijds en gedragswetenschappen anderzijds ontdekt en geëxploreerd, resulterend in multidisciplinaire projecten. Het besef is er gelukkig bij velen: we kunnen veel aan elkaar hebben.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.