Inmiddels zijn we ruim drie weken onderweg naar de Noordkaap. Dat klinkt ver, op het moment van schrijven zitten wij nog steeds in Zuid-Zweden: midden in Småland. We hebben aardig onze draai gevonden in het fulltime reizen. Het thuisonderwijs gaat goed: het wordt dikwijls ontvangen met gezond gemopper, maar over het algemeen doen de kinderen prima mee. Het lek in de watertank is gedicht, en zelfs het achteruit inparkeren gaat redelijk. Wat dat laatste betreft snap ik inmiddels de opmerking van een mede-UT’er (‘Eigenlijk zou je grootrijbewijs moeten hebben’) steeds beter. En: er zijn inmiddels site-visits gepland bij vijf universiteiten in verschillende landen. Zo staat volgende week de universiteit van Linköping op het programma.
De UT lijkt ver weg: het is verbazingwekkend hoe snel je kunt omschakelen als je op reis bent. Toch laat ik het niet compleet los. Zo denk ik regelmatig aan wat ik tijdelijk heb achtergelaten: ons team Strategy & Policy (S&P). S&P coördineert voor de gehele universiteit de strategieontwikkeling en helpt met de uitvoering daarvan. Zo leidt ons team implementaties van grote trajecten als Shaping 2030, de samenwerking met de VU en ECIU University. Maar we hebben ook een belangrijke rol bij onder andere studentenwelzijn, de onderwijskwaliteitszorg, sectorplannen, PhD-beleid, internationalisering, nieuwe onderwijsvisies, studentenhuisvesting, en de ondersteuning van de UR. En zo zijn er nog wel dertig andere grote ‘dossiers’ en ‘programma’s’. Bovendien coördineren wij de relaties met belangrijke stakeholders als OCW, UNL, 4TU, en universiteiten en hogescholen in binnen- en buitenland. Omdat de grens van ons takenpakket vooraf niet vast ligt, moeten wij direct uit de startblokken kunnen komen wanneer er kansen en draagvlak ontstaan voor de UT. Dan schuiven we teamleden naar voren als oliemannetje of kwartiermaker. Bijvoorbeeld om twee faculteiten te helpen een Robotica-centrum op te zetten, Business Intelligence en Programmamanagement op de UT versterken, of onze faculteiten en andere universiteiten helpen met de uitrol van Sectorplannen. Juist dat creatieve en ondernemende maakt het S&B-team zo bijzonder.
Foto: thuisonderwijs in de ochtend.
Drie jaar geleden werd ik directeur van S&B. Het team zat in die tijd in een moeilijke fase. Er was een ingewikkelde reorganisatie gaande en er was sprake van hoog ziekteverzuim. Daarnaast wilde het toenmalig CvB graag zien dat het S&P-team meer de blik op de faculteiten en op de strategische ontwikkelingen buiten de UT zou richten. Het huidige CvB denkt daar gelukkig niet anders over! Dat betekent vooral: impact maken samen met de faculteiten, en invloed uitoefenen op ontwikkelingen buiten de UT. Hierin hebben we flinke slagen gemaakt. Maar stiekem vinden we: het kan nog beter. De UT is een kleine universiteit, aan de rand van het land. Een universiteit als de onze zal altijd iets harder moeten willen lopen dat de anderen. Er komen dus nog genoeg uitdagingen op de UT af, en die moeten we als brede UT-gemeenschap aanpakken.
Als ik nu naar ons team kijk, zie ik een sterk MT met goede collega’s van binnen en buiten de UT. We hebben unieke expertise gebouwd rond onderzoeksbeleid, onderwijsbeleid, business intelligence, en internationalisering. De volgende stap: het versterken van onze groep programmamanagers. Ook op persoonlijk vlak hebben we veel samen meegemaakt. Wat mij enorm geraakt heeft is het gedeelde verdriet toen onze collega’s Maurice Bouwens en Tom Mulder overleden.
Dit alles laat ik nu voor de komende zes maanden achter me. Een hecht team dat steeds scherper weet waar de UT naartoe moet, en indien nodig altijd de eerste stap kan zetten, samen met de faculteiten. En daar ben ik ontzettend trots op! En op dat achteruit inparkeren trouwens ook…