Tussen Hoop en Vrees

‘Ik zou de feestdagen eigenlijk in Afghanistan vieren’

| Stan Waning

Tussen Hoop en Vrees is een drieluik van aangrijpende verhalen van UT’ers. Zij kregen het om uiteenlopende redenen zwaar te verduren in 2021, maar kijken hoopvol vooruit naar 2022. In deel 3: Said Elias Rahimi (35), die in augustus zag hoe zijn Afghanistan in handen van de Taliban viel.

Begin augustus belde zijn moeder hem vanuit Herat, een grote stad in het westen van Afghanistan. Ze vertelde Elias (rechts op de foto) dat ze van plan was om naar hoofdstad Kabul te vliegen, omdat ze voelde dat het misging in Herat. Said vermoedde dat het niet zo snel zou gaan en raadde haar plan af, maar ze ging toch. Drie dagen later was Herat in de handen van de Taliban. Om veiligheidsredenen was zijn vader het land al ontvlucht.

Totale chaos

Said’s moeder en broer waren net op tijd weg uit Herat, maar van opluchting was geen sprake. In recordtijd viel hoofdstad Kabul 15 augustus ook. ‘De twee weken die volgden waren de ergste ooit. De eerste week werkte ik niet en keek ik alleen maar nieuws. De Taliban nam het land zo snel over, dat we niks konden voorbereiden. Bij het vliegveld was het totale chaos en werd er geschoten op mensen. Overdag verstopten mijn moeder en broer zich in een hotel, ’s nachts probeerden ze een vlucht te nemen, maar dat werkte niet.’

De ouders van de onderzoeker hielden zich in Afghanistan jarenlang bezig met mensenrechten, vooral voor vrouwen. Werk dat werd betaald door westerse landen en volledig haaks staat op de overtuiging van de Taliban. ‘In Herat vermoorde de Taliban ten tijde van de chaos in Kabul al mensen met vergelijkbare functies, of ze werden gevangen gezet. Ik weet zeker dat mijn familie ook op die lijsten stond. Alle grenzen met buurlanden waren gesloten, dus we waren allemaal hopeloos.’

De wetenschap gaf mij hoop, omdat onderzoek doen hetgeen is waar ik goed in ben. Zo probeerde ik de situatie in Afghanistan uit mijn hoofd te zetten.

Ondanks de uitzichtloze situatie probeerde Elias positief te blijven. Na een week nieuws volgen voor de buis, raapte hij zichzelf bijeen. ‘Met hulp van mijn vrouw ben ik weer aan het werk gegaan op de campus. Daar dwong ik mezelf toe, omdat ik niets kon doen. Ook kreeg ik goede steun van mijn collega’s. De wetenschap gaf mij hoop, omdat onderzoek doen hetgeen is waar ik goed in ben. Zo probeerde ik de situatie in Afghanistan uit mijn hoofd te zetten.’

Pakistan

Niet veel later kreeg hij goed nieuws. Zulk goed nieuws, dat hij het niet kon en wilde geloven. Zijn moeder en broer bemachtigden vliegtickets naar Pakistan. ‘Ze belden mij blij op, maar ik kon nog niet blij zijn voordat ze in Pakistan waren. Ik was bang dat de Taliban hen herkende als mensenrechtenactivisten. Een luchthaven passeren die gecontroleerd wordt door een terroristische organisatie is heel gevaarlijk. Het duurde uren voordat ze weer belden, omdat alle hotels in Islamabad (hoofdstad Pakistan, red.) vol zaten met Afghanen en ze geen telefoons meer hadden. Pas toen ik hun stemmen vanuit Pakistan hoorde was ik opgelucht.’

Ik hoop dat geld niet in wapens wordt gestoken, maar in kennis en onderwijs. Deze strijd kan alleen op lange termijn gewonnen worden.

Een week later landden zijn moeder en broer in Hannover, omdat de Duitse ambassade snelle en goede hulp bood. Elias bezocht ze daar al kort na aankomst. In Duitsland werkt zijn familie aan formaliteiten, om Duitse inwoners te worden. Ook proberen ze de Duitse taal eigen te maken en zoeken ze huurwoningen. ‘Vooral voor mijn ouders is dat niet makkelijk, omdat ze een jarenlange carrière hadden opgebouwd in een compleet ander land. Mijn broer kan zich makkelijker aanpassen, maar ze zijn veilig, dat is het belangrijkste.’

De onderzoeker hoopt dat zijn familie rond de feestdagen naar Enschede komt, om die samen te vieren. Dat durfden ze in de zomer niet te dromen. Het is de eerste keer in vier jaar dat de familie weer compleet is. ‘Als het lukt worden het de meest bijzondere feestdagen ooit voor mij. Eigenlijk zouden we de feestdagen samen vieren in Afghanistan, maar dat zit er de komende jaren niet in. Ik maak me grote zorgen over Afghanistan. De agenda van de Taliban is onduidelijk, maar het zijn terroristen en ze leven eeuwen terug in de tijd.'

Wetenschap

Elias’ hoop voor 2022 is dat zoveel mogelijk landgenoten Afghanistan kunnen verlaten. Daarnaast hoopt hij dat de nieuwe generatie te redden is. Wetenschap moet daarin het redmiddel zijn. ‘Ik hoop dat geld niet in wapens wordt gestoken, maar in kennis en onderwijs. Deze strijd kan alleen op lange termijn gewonnen worden. In de coronatijd hebben we gezien wat de online mogelijkheden zijn. We moeten de nieuwe generatie een kans geven door hun onderwijs te geven vanuit het buitenland.’

De wetenschapper omschrijft dat als het beste wapen in de strijd tegen de filosofie van de Taliban. ‘Ik weet namelijk wat de Taliban de jeugd wil leren, omdat ik die lessen zelf heb meegemaakt. Dat is vreselijk en niet alleen een gevaar voor Afghanistan, maar voor de hele wereld. Om in termen van corona te blijven: het verspreidt zich als een virus naar andere gebieden en landen. Ik wil me inzetten voor de jongste generatie, vooral meisjes, om onderwijsprogramma’s te bieden die hun een kans geeft. Dat geeft mij hoop.’

 

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.