Delta schrijft over de jaarlijkse ontwerpwedstrijd voor eerstejaars studenten werktuigbouwkunde. Dit jaar was de opdracht aan de ruim honderd groepen van maximaal zes studenten om een mechanische krattenstapelaar te maken. Een machine die binnen tien minuten een zo hoog mogelijke stapel maakt van lege kratten (20 bij 30 centimeter en 12 centimeter hoog, gewicht 400 gram) door steeds een kratje onderaan de stapel toe te voegen. De studenten hadden aan het begin van het ontwerpproject twee verschillende elektromotoren uitgereikt gekregen om mee te experimenteren. Afgelopen woensdag demonstreerden de machines waar ze de afgelopen vijf maanden aan gewerkt hebben.
De organisatie gaf de groepen tien minuten voor hun poging en was verbaasd te zien dat het alle acht finalisten lukte om ruim binnen die tijd een drie meter hoge stapel van 25 kratten te produceren. De winnaar, team WB061 had daar slechts 02:25 minuten voor nodig. Tweede werd team WB109 met 03:47 en de derde plaats was voor WB004 met 04:09.
Als het aan student Engelse Taal & Cultuur Chiara ligt, krijgt het Utrecht Science Park in het tweede blok van het volgende studiejaar een kattencafé, lezen we in DUB. De student heeft een team van tien andere studenten van verschillende faculteiten verzameld die zich gaan bezighouden met het regelen van de financiering, donaties en een locatie voor het project.
“Let’s turn the campus into a purr-adise,” was te lezen op een flyer die onlangs op de hele campus te zien was om andere studenten aan te moedigen ‘de pootjes in elkaar te slaan’ voor dit project. In september publiceerde Chiara een blog op DUB, waarin ze vertelde dat een kattencafé op de campus bij zou kunnen dragen aan het welzijn van de UU studenten.
Het was maar een idee, maar Bianca Meyer van het Centrum voor Ondernemerschap van de UU, nam het serieus en bood aan om Chiara te helpen haar idee van de grond te krijgen.
Bij studentenroeivereniging Njord kwam prinses Beatrix op bezoek om voor de 150e verjaardag van de vereniging een boot te dopen, schrijft Mare. Uit het verslag: Bij aankomst loopt Beatrix door een erehaag van zowel eerstejaarswedstrijdroeiers als besturen van zusterverenigingen. Een rondleiding door de loodsen van Njord eindigt bij de oever van het Galgewater. Daar ligt een nieuwe ‘acht’, klaar om te worden gedoopt.
Nadat de prinses een gouden kom gevuld met grachtenwater over de boot heeft gegoten en met de bestuursleden een shot jenever achteroverslaat - dat is nu eenmaal de traditie - wordt de naam van de boot onthuld: Beatrix.
Na de doop gaat Beatrix in gesprek met wedstrijdroeiers en oud-leden, onder wie de zeventigjarige Jan-Willem Landman, die in 1972 lid werd van Njord. ‘Ik ben nog heel erg van de oude stempel’, zegt hij. ‘Ons werd op het hart gedrukt dat je nooit iets van je privégesprekken moet vertellen. Onze huidige koning is daar heel makkelijk in. Ik had eerder ook bijeenkomsten met de koning en koningin. Zij vertelden mij dingen waarvan ik dacht: ‘Jullie moeten mij echt vertrouwen dat ik mijn mond hierover houd’.’
