‘We zijn geen geoefende lopers, maar doen mee voor de fun’

Akshay Chaprana (loper en ploegleider) en Simon Engelberts (teambegeleider), respectievelijk masterstudent en medewerker bij de faculteit ITC, vertellen over hun team en de voorbereiding.

Chaprana: ‘Dit is voor mij het tweede jaar dat ik meedoe aan de Batavierenrace. Vorig jaar liep ik de eerste etappe in Nijmegen. Vanwege mijn ervaring ben ik dit jaar ploegleider. Hoewel we vooral meedoen voor de gezelligheid en de lol, proberen we in de aanloop naar de race wel te trainen. Sommige mensen trainen individueel, maar we lopen ook in groepjes, bijvoorbeeld in het Volkspark in Enschede. In de maanden voorafgaand aan de race is er een bespreking, waarin we teamleden het idee van de Batavierenrace uitleggen met een paar Powerpointslides. Ook delen we tips over een goede warming-up en cooling-down, en tips over goede voeding. Mijn devies? Veel drinken. Maar niet te kort op de race. En een banaantje of wat chocola voor extra energie.’

Engelberts: ‘Het ITC Run4Fun-team bestaat al sinds 1984. Sinds 2009 ben ik actief bij het team. Samen met Wan Bakx (eveneens medewerker bij ITC, red.) was ik de afgelopen jaren loper en coach van het ITC-team tijdens de Batavierenrace. Afgelopen jaar hebben we een stapje teruggedaan; we laten inmiddels het meeste over aan de studenten zelf. Het moet meer een team vóór en dóór studenten worden. Het idee is dat we als stafleden op de achtergrond faciliteren. We rijden bijvoorbeeld nog wel de busjes, omdat de meeste ITC-studenten geen internationaal rijbewijs hebben, en fungeren als een soort teamcaptains tijdens de verschillende shifts. Dat was in het verleden wel anders. Toen liepen er ook veel medewerkers mee.’

Chaprana: ‘Dit jaar lopen we met een geheel nieuw team, enkele uitzonderingen daargelaten. Ook de samenstelling van het team is anders. Vorig jaar deden er maar zeven vrouwen mee, waardoor we veel tijd verloren: als mannen een vrouwenafstand lopen, krijg je als team een ‘tijdstraf’. In ons huidige team zitten elf vrouwelijke lopers. We hoefden niet te selecteren: iedereen die wilde, kan meedoen. In totaal zijn er 35 mensen bij het team betrokken. Er zijn ook een paar niet-lopers. Zij gaan mee voor de support en fietsen bijvoorbeeld een etappe mee met één van de lopers. Ik denk dat we in totaal twaalf nationaliteiten hebben. Net als bij de faculteit ITC, zijn onze deelnemers afkomstig uit de hele wereld.’

Engelberts: ‘Toch is het niet zo extreem als voorgaande jaren. Dit jaar doen er in verhouding veel studenten uit India mee. Dat komt omdat de coördinatoren ook uit India komen. Deze studenten zijn de kartrekkers van het team, waardoor er logischerwijs meer mensen meedoen die zij goed kennen.’

Chaprana: ‘Zoals gezegd, we doen vooral mee voor de fun – vandaar ook de naam Run4Fun. Het is een kans om nieuwe mensen te ontmoeten, ook buiten je eigen team. Het doel is om te finishen. De meeste deelnemers zijn niet erg geoefend. Daarom proberen we mensen zo goed mogelijk te coachen, om blessures te voorkomen. Een goede rek- en strekoefening kan al een hoop schelen.’

Engelberts: ‘In 2020 en 2021 ging de Batavierenrace vanwege corona niet door. We hebben als team niet deelgenomen aan de online versies van het evenement. Wel was er in 2021 een estafetteloop van de faculteit ITC, ter gelegenheid van het 70-jarig bestaan. Deze Schermerhorn-race ging van Delft, waar ITC is opgericht, naar Enschede. Deelnemers mochten overigens zelf een sportief vervoersmiddel kiezen om hun afstand te volbrengen, zoals de fiets, kano of rolschaats. Het idee voor deze estafetteloop was gebaseerd op de Bata. Veel van de lopers die in 2021 meededen aan de ITC-estafette, deden het jaar erop mee aan de Batavierenrace.’

Chaprana: ‘De laatste etappe van de Bata is het leukst. Dan komen de lopers in de gekste kostuums over de finish op de campus. Ik heb vorig jaar krokodillenoutfits gezien, en renners in driedelig pak. Wij liepen in een ITC-shirtje, maar dit jaar gaan we denk ik ook voor een kostuum. En we gaan zeker een kijkje nemen bij het eindfeest. Vorig jaar ging het door tot in de late uurtjes.’