Wat was uw eerste reactie op het evaluatierapport?
‘We zijn ervan geschrokken en nemen het rapport uiterst serieus. Dat is ook de reden dat we de adviezen opvolgen, met het aanstellen van Heleen Miedema als interim-decaan. Ik wil duidelijk stellen dat het absoluut niet gaat om een formele reorganisatie, al stond dat woord genoemd in een vervolgmemo op de evaluatie. Ook al is het geen reorganisatie, er zullen wel degelijk zaken op het gebied van de governance, organisatie en samenwerking veranderen.’
Waar ging het mis volgens u?
‘Wat duidelijk naar voren komt uit de evaluatie: er is niet één schuldige. Men wil allemaal het beste voor ATLAS: uit volle overtuiging en betrokkenheid een mooi en goed programma neerzetten. Maar het probleem is dat de organisatie momenteel niet goed samenwerkt. Wat je in het geval van ATLAS ziet, is dat het gaat om een relatief kleine en hechte community. Als er ergens iets niet goed gaat, dan heeft dat al snel effect op de hele gemeenschap. In diezelfde lijn hebben de ATLAS-studenten ook pech gehad met de coronacrisis. Terwijl de Drienerburght net af was als nieuwe thuisbasis, moest veel onderwijs op afstand. Dat terwijl de opleiding het moet hebben van kleinschalig, intensief onderwijs met veel contact.’
Is er een kans dat de stekker uit ATLAS gaat?
‘Dat is nu zeker niet aan de orde. Ongetwijfeld zal de universiteitsraad op een later moment de discussie daarover met ons aangaan. We zijn allereerst de verplicht om de ATLAS-studenten een goede opleiding te bieden. Dat gaat wat mij betreft verder dan alleen een discussie over doelmatigheid en geld. Het university college heeft een bredere functie binnen de universiteit, bijvoorbeeld als proeftuin voor nieuwe onderwijsconcepten en voor de ontwikkeling van docenten. We moeten die rol van ATLAS binnen de gehele UT ook meer zichtbaar krijgen. De opleiding is van ons allemaal.’
Waar liggen de prioriteiten nu?
‘We zeggen duidelijk: we grijpen nu in en laten de problemen niet doorsudderen. Met Heleen Miedema als interim-decaan hopen we iemand te hebben die integraal leiderschap kan tonen om de neuzen dezelfde kant op te krijgen. Dat is de eerste stap. Daarnaast is ze gepokt en gemazeld is in het onderwijs – en onderwijsvernieuwing, waarmee ze goed aansluiting kan vinden als het gaat over de inhoud van de opleiding. Gezien de complexiteit van de situatie zijn de problemen niet zomaar verholpen. Reken maar op minstens een jaar. Nogmaals, het is geen reorganisatie. We hopen dat dingen op een goede manier in beweging en op orde komen onder haar leiding.’
Hoe houdt u een vinger aan de pols?
‘Heleen rapporteert direct aan mij, zodat we als college van bestuur continu goed op de hoogte blijven. Het university college blijft formeel nog steeds onder de vlag van ITC opereren en ontvangt ondersteuning vanuit de faculteit.’
Begrijpt u de zorgen van studenten over de waarde van hun diploma’s?
‘Ik begrijp waar de zorgen vandaan komen, maar ik zou me geen zorgen maken. Sowieso is de opleiding recent nog geaccrediteerd – lovend trouwens – en er zijn geen signalen dat de kwaliteit van onderwijs onder de organisatorische problemen lijdt.’
Tot slot, hoe nu verder?
‘Na het evaluatierapport had ik goede en waardevolle gesprekken met de betrokkenen. Daaruit kreeg ik het gevoel dat goed wordt meegedacht richting oplossingen. Ik zou zeggen: laten we vooral een positief vertrekpunt nemen. Als je er negatief in staat, dreigt zo’n traject al snel een selffulfilling prophecy te worden. Qua intenties zit het in ieder geval goed. Dat samen met een lovende accreditatie en een inhoudelijk goed curriculum zorgt ervoor dat we een goed fundament hebben om op te bouwen.’