Parijs 1968. In Frankrijk gaan studenten en masse de straat op om te protesteren tegen het ouderwetse onderwijssysteem. Al snel verandert de betoging in een ware veldslag met de politie. Er wordt geknokt, en niet zo’n beetje ook. Arbeiders tonen zich solidair en leggen met een grève générale Frankrijk stil. De geest van de revolutie waart door Parijs. Het studentenprotest gaat al lang niet meer alleen over onderwijsvernieuwingen: het gaat over verzet tegen de gevestigde orde.
Harry Fekkers is in de jaren zestig en zeventig student toegepaste wiskunde aan de Technische Hogeschool Twente. Wanneer hij hoort over de protesten in Parijs, hoeft hij niet lang na te denken. Nog diezelfde maand rijdt de jonge student samen met zijn wiskundedocent en mentor Erik Bolle naar de Franse hoofdstad. Samen wonen ze er onder meer een redevoering bij van de Franse activist Daniël Cohn-Bendit. ‘Tot we halsoverkop moesten vertrekken: de gendarmerie was in aantocht.’
Het studentenprotest in Parijs is zonder twijfel een historische gebeurtenis. De revolte leidt weliswaar niet direct tot een machtsomwenteling; de rechts-conservatieve president Charles de Gaulle, voor de Franse studenten hét gezicht van de gevestigde orde, blijft nog zeker een jaar aan de macht, maar het begin van een sociale revolutie is het zonder twijfel, die zich bovendien als een olievlek over studerend Europa verspreidt.
Introductie studiejaar 1967/1968.
Karl Marx-universiteit
Ook in Nederland trekken studenten ten strijde tegen de verouderde machtsstructuren in het hoger onderwijs. Het symbool van de studentenprotesten in Nederland wordt het Maagdenhuis, het bestuursgebouw van de Universiteit van Amsterdam, dat in 1969 wordt bezet door studenten. Ze eisen inspraak in het universiteitsbestuur. Niet lang daarvoor bezetten Brabantse studenten de Katholieke Hogeschool in Tilburg. De bezetters dopen hun universiteit om tot de 'Karl Marx-universiteit'. Ook in Nederland willen studenten meepraten over hun eigen onderwijs.
Wederom staat de jonge Fekkers er met zijn neus bovenop. ‘In Twente, waar ik studeerde, was in die tijd een studentenparlement. Daarin bespraken we de bezetting en de Karl Marx-universiteit. In deze bijeenkomst werd een motie aangenomen, waarin we onze solidariteit betuigden met de studenten in Tilburg. Nog diezelfde nacht zijn we met een Opel Kadett naar Brabant gereden om de motie te overhandigen aan onze kameraden in Tilburg.’
Luchtfoto van de campus in 1969.
Corpsballen en linkse activisten
Het is een voorbeeld van de roerige jaren zestig met haar rebelse generatie. Die rebelsheid komt overigens pas laat op gang. Als Fekkers in 1967 naar de THT komt voor zijn studie, zijn de omgangsvormen tussen medewerkers en studenten nog tamelijk formeel. Al stonden ze op de piepjonge hogeschool dichter bij elkaar dan op de klassieke universiteiten. De hiërarchische verhoudingen waren op Drienerlo minder diep ingesleten. ‘Maar van je en jij was nog geen sprake. Ook op de THT werd de cultuur pas eind jaren zestig echt egalitair.’
'De Chinees in Enschede werd gebeld en bracht een grote pan nasi, die gratis werd uitgedeeld aan de studenten'
Net als alle andere studenten – het was in die jaren nog verplicht – komt de jonge Fekkers op de campus te wonen. Zijn adres: Calslaan 55. ‘Een berucht huis’, stelt hij. ‘Op dit adres woonden de links-activistische studenten. Onze buren waren meer van het type corpsbal. Op 30 april vierden zij enthousiast Koninginnedag met oranjebitter en zaklopen. Ook wij deden vrolijk mee. Maar om middennacht veranderde het feest. 1 mei is immers de Dag van de Arbeid. Als linkse jongens waren we solidair met de arbeiders. Vanaf dat moment verdween de oranjebitter en werd er door de rooien rode wijn geschonken. Dat deerde de corpsballen niet. Samen gingen we door tot in de late uurtjes.’
De eerste ‘echte’ studentenactie op de campus kan Fekkers zich nog goed herinneren. Het was de zogenaamde mensastaking in 1968. De reden was simpel: de maaltijden in het campusrestaurant, waar de studenten verplicht moesten eten, waren niet lekker. Tijd voor actie. ‘We blokkeerden de ingang, zodat niemand meer kon plaatsnemen in de zaal. De Chinees in Enschede werd gebeld en bracht een grote pan nasi, die gratis werd uitgedeeld aan de medestudenten.’ Het protest had effect. De campusdokter werd door het bestuur van de THT gemachtigd om de kwaliteit van het voedsel te beoordelen. ‘Sindsdien werden de maaltijden een stuk beter. Prachtig toch.’
Studenten wisten wel een bestemming voor de oude bibliotheek-bakfiets.
Bezetting
Hoewel in de rest van Nederland met de Maagdenhuisbezetting en de Karl Marx-universiteit de vlam in de pan sloeg, bleef het op Drienerlo in 1969 relatief rustig. Pas in 1970 bezetten studenten van de radicale Studenten Vak Beweging (SVB) – waaronder ook Harry Fekkers – in de nacht van 21 op 22 januari het bestuurspaviljoen. Lang duurde het niet. In de middag van 22 januari werd het gebouw ontruimd door de politie.
'Er waaide lange tijd een progressieve wind door Hogeschoolraad en de latere Uraad'
De bezetting leidde tot een experimentele voorloper van de Hogeschoolraad, weet Fekkers. Het experiment blijkt een voorschot op wat komen gaat. Begin jaren 70 volgt er een Haagse reactie op de landelijke studentenprotesten. Met de Wet Universitaire Bestuurshervorming (de WUB) krijgt de THT – net als alle andere hoger onderwijsinstellingen – een vijfkoppig college van bestuur en een uit alle geledingen gekozen Hogeschoolraad.
Fekkers was medeoprichter van de KPS (Kiesvereniging Progressieve Samenwerking), de partij die samen met het meer conservatieve DD (Democraten Drienerlo) jarenlang de dienst zal uitmaken in de Hogeschoolraad. Ook Erik Bolle, die eind jaren zestig samen met Fekkers naar Parijs rijdt, wordt een KPS-coryfee. ‘Het was de langstlevende politieke organisatie op de UT’, blikt Fekkers terug. ‘Ruim een kwart eeuw heeft de partij bestaan. De KPS bestond voornamelijk uit linkse studenten en medewerkers. Er waaide lange tijd een progressieve wind door Hogeschoolraad en de latere Uraad.’
'We wilden ander onderwijs, meer keuzevrijheid, meer vertrouwen en meer grip op waar het geld naartoe ging. En dat hebben we grotendeels ook gekregen'
En verder...?
Zowel Harry Fekkers als Erik Bolle werden bekende gezichten op de UT. Fekkers studeerde van 1967 tot 1974 achtereenvolgens Elektrotechniek en Bedrijfskunde aan de UT. Na zijn studie werkte hij eerst als hoofd bureau planning en later als hoofd Financieel Economische Zaken (FEZ). Eind jaren 80 vertrok Fekkers naar de Universiteit van Maastricht. Bolle kwam in 1967 te werken bij Elektrotechniek aan de UT en later bij Wiskunde. Hij werd uiteindelijk CvB-lid. In 1986 vertrok Bolle naar de TU Delft voor eveneens een functie in het CvB.
Op de barricades
De democratiseringsgolf in het hoger onderwijs begon eind jaren zestig met de studentenrevolte in Parijs. Studenten eisten een omwenteling van het ouderwetse onderwijssysteem. Ook in Nederlands kreeg de beweging navolging. De Wet Universitaire Bestuurshervorming zorgde voor de nodige hervormingen. Deze wet schonk studenten grotere macht binnen de universiteiten en hogescholen. ‘We wilden ander onderwijs, meer keuzevrijheid, meer vertrouwen en meer grip op waar het geld naartoe ging’, vertelt Fekkers. ‘En dat hebben we grotendeels ook gekregen.’
Volgens Fekkers moet de huidige generatie studenten weer de barricades op. ‘Maar de prioriteiten liggen nu volstrekt anders. Wij waren bezig met onze eigen individuele behoeftes. Nu zijn er urgente wereldproblemen. Hoe gaan we om met onze welvaart? Hoe moeten we strijden tegen nepnieuws? En hoe realiseren we een circulaire economie? Dat zijn de grote vraagstukken van deze tijd.’
De Bastille, met rechts de Vrijhof in aanbouw.